belangrijke bouwwerken tot stand gekomen, o.a. de vernieuwing van het Gravensteen (1524— 1526), het stadhuis (1550—1554) en de Noord havenpoort (1559). Maar hoezeer wij de taaie levensdrift der bewo ners mogen bewonderen, toch was de bloei der stad gefnuikt. Nooit kreeg zij de kans haar oude beteekenis te herwinnen. Juist in de 16de eeuw gaat de handel zich verplaatsen naar andere ri viermonden. De Westerschelde nam de taak van de Oosterschelde over. De Gouwe was nimmer een diepe stroom geweest, al kon er nog in 1304 een groote zeeslag geleverd worden tusschen Franschen en Hollanders eener- en Vlamingen anderzijds om het beleg van Zieriksee te breken, dat door Melis Stoke zoo levendig beschreven is. Reeds toen raakten bij eb de oorlogsschepen aan den grond. Drie eeuwen daarna was de strijd te gen de verlanding hopeloos geworden. Een dam, die in 1610 Schouwen en Duiveland verbond, ver haastte het proces van geleidelijke inpoldering, dat in de 19de eeuw voltooid werd en van het machtige vaarwater slechts enkele schamele ru dimenten overliet. Intusschen was in 1597—1602 een rechtstreeksche verbinding met de Ooster schelde gegraven, het nu nog in gebruik zijnde bijna 3 kilometer lange havenkanaal. Inderdaad herleefde de visscherij en is er af en toe nog vrij wat verdiend met overzeeschen handel (in 1747 hoorden in Zieriksee zelfs 97 koopvaar ders thuis!). Maar naast Middelburg, dat in de 17 Zieriksee 2

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 21