redelijkheid, waarbij hij den vorm onder het maken liet
ontbloeien uit zijn, in ieder mensch levend instinct en
vreugde aan siering.
Het is een heele sprong van draaivlonder tot hedendaag-
sche ijzeren draaibrug, zooals door de Hembrug over het
Noordzeekanaal zoo schitterend wordt vertegenwoordigd.
Toch ligt in den draaivlonder de kiem van dit type. Jam
mer genoeg sterft dit soort vlonder uit.
Het is een aardige vinding! Zij vereenigt de goede hoe
danigheden van eenvoud en goedkoopte in zich. Onze
volksaard spreekt er zich geheel in uit.
Er zijn gevallen, waarin zij de eenige oplossing geeft. En
wel daar, waar een groot aantal bruggetjes direct op el
kaar volgend noodig zijn. B.v. in het eerste gedeelte van
Aalsmeer, het Oosteinde. (Afb. 30). Aan de smalle vaart
liggen kweekerij aan kweekerij gereid. Iedere kweekerij
moet haar bloemen naar de veiling vervoeren per groote
roeiboot. Waar de kweekerij met den hoofdweg is verbon
den door een bruggetje, zou dit bruggetje, zoo dit vast ware,
zoo hoog moeten zijn, dat de hoogbevrachte bootjes er on
der door zouden kunnen varen. Daar komt nog iets bij het
land is verdeeld in zeer smalle perceelen, gemiddeld 30 m
breed; het aantal bruggetjes zou dus heel groot moeten
worden; het werd een gedrang van bruggetjes. Zoo aardig
een enkele het landschap verlevendigt, zoo onrustig, het
landschapsbeeld vernielend, zou een reeks werken. Hoe
goed daarentegen doen de draaivlonders het. Vlak, zon
der eenige overtolligheid, vallen zij in het geheel niet op.
De opeenvolging van die smalle, vlakke elementen beko
ren, juist door het rhythme, het oog.
Wat is er nu aan den vlonder verbeterd?
Hij is versterkt tegen het doorbuigen. Herinnert gij u over
vlonders te hebben geloopen? Den eenen keer was de plank
zeer dik, zoodat toen gij erover ging, niet doorboog, een
andermaal was zij zoo dun, dat gij haar bij het overloo-
pen voelde zwiepen, hetgeen u noodzaakte in cadans te
50