tendeels zal de buit hebben bestaan uit sieraden, stoffen
en goud. Bij wilde, .onbeschaafde volken is niet zooveel te
stelen.
In vestingbouw waren de Galliërs bedreven. Caesar meldt
daarvan een constructie. Ware deze niet bijzonder geweest,
dan zou hij het heusch niet hebben gedaan.
Zoo was het ook met de bruggen.
In boek I, 7 schrijft Caesar „en liet de brug bij Genève
(Genava) afbreken". Waar hij daar voor het eerst kwam,
vond hij dus een inheemsche brug, voorzeker een houten
brug. Een jaar later (57 v. Chr.) vindt hij bij zijn veld
tocht tegen de Belgen over de rivier de Aisne (Axona)
een brug. Hij schrijft: „Over de rivier lag een brug; die
bezette hij." Baksteenen bruggen, waarvan later de Ro
meinen het voorbeeld zouden leveren, zullen in Gallië
zeker niet zijn gebouwd; in ieder geval zou het dan in
natuursteen zijn geweest. Baksteen is het typisch product
van Holland, doch Holland bestond in die dagen nog
niet, het was nog niet drooggelegd.
Of de Romeinen hier houten bruggen hebben gehad, is
onzeker. In 1895 werden te Zuilichem in den Bommeler-
waard resten van een houten jukkenbrug opgegraven. Ro-
meinsch
In ons land zijn er wel enkele groote, houten bruggen
geweest, doch geen van alle bestaan meer. Vaste rivier-
bruggen behoorden hier oudtijds tot de hooge uitzonde
ringen. De rivierovergang had bijna altijd en overal plaats
per pont, of er lag een schipbrug. Tot die hooge uitzonde
ringen behoorde de groote Maasbrug bij Maastricht, doch
deze was en is nog een natuursteenen, evenals die te Roer
mond.
De Romeinen zoo wordt gezegd, doch het is niet bewe
zen hadden daar ter plaatse, te Maastricht, reeds een
vaste houten brug op steenen pijlers gelegd. In ieder ge
val was er een tot op den 4den Juli 1275. Op dien dag
trok een groote processie er over en stortte zij in, waarbij
400 menschen verdronken.
18 jaar later, na 13 jaar bouwen, was de nieuwe bergstee-
27
