niet zoozeer op een Amsterdamsche brug. Het afwijkende
lag hierin: zij had 5 openingen; daaronder waren er
hooge rechtstanden onder de halve cirkels; zij was afge
dekt door twee rechte lijnen, die elkaar dus puntig ont
moetten. Deze voor Amsterdam zoo typische brug heeft
het veld moeten ruimen voor een met ijzeren balken ver
bouwde brug. Weer is een Amsterdamsch stadsgezicht ver
knoeid.
Laten wij nu eens de Reguliersgracht vanaf de Heeren
gracht afwandelen in de richting van de Prinsengracht,
dan zullen de opeenvolgende bruggen-complexen ons heel
wat leeren, ons de waarde der oude bruggen doen inzien.
Het zijn er drie, onderling zeer verschillend.
Brug over de Heerengracht
Eenbogig is zij. (Afb. 58). Welk een grootsch gebaar
maakt deze brug door haar zware landhoofd, door de ver
schietende lijn van haar dekband! Het decor der boomen
doet die machtige lijn nog beter uitkomen. Een schip vol
tooit het beeld, brengt er het dagelijksch leven in. Lijken
de huizen nietig, het schip is van dezelfde schaal als die
der brug. Zijn vormen, door eeuwenlange praktijk ge
groeid, zijn zóó rationeel, als een aanhanger van het
„Nieuwe bouwen" zelfs niet in zijn droomen kan phanta-
seeren. Zulke vormen zijn ook niet te ontwerpen; zonder
vooropzet ontstaan zij. Zij zijn als gereedschap; vormen
waaraan niets is toe-, niets is af te doen. Zoo is het ook
met de brug.
Brug over de Keizersgracht
Van hetzelfde karakter, opgebouwd uit dezelfde elemen
ten, maakt zij toch een anderen indruk. Dit komt doordat
zij driebogig, dus opener is. Bijgaand beeld, genomen op
een zomerschen dag tegen het vallen van den avond, geeft
ons serene rust, stilt de zenuwen. Bewonderenswaardig is
de gaafheid van dit bruggencomplex. (Afb. 59).
89