ionische pilasters. Boven sluit een kroonlijst den
wand af tegen het stucplafond barok ornament.
De trap heeft harpvormige vlakke balusters, datee
rend uit het 2e kwart 18e eeuw, hoewel de gang
uit het le kwart der 18e eeuw is.
22. Trappenhuis, stadhuis te Leeuwarden. Het heeft
een eikenhouten rechte bordestrap, waarvan de
treden op keepboomen oversteken met omgecorniste
profielen. De vaasbalusters met Lod. XIV orna
ment zijn gestoken door P. Nauta en B. Dijkstra
in 1718. Langs de wanden ligt de leuning op een
lambrizeering met paneelen in stijl- en regelwerk.
23. Trappenhuis, Heerengracht 475, Amsterdam.
Voor een huis, in 1682 gebouwd, maakte de beeld
houwer J. van Logteren in het trappenhuis een
rijke stucbekleeding in 1736. De wand is ingedeeld
in vakken door pilasters en halfzuilen, dragend een
zware kroonlijst, alles volgens de composietorde.
Voor deze vakken, door lijsten met lofwerk omslo
ten, zijn op sokkels geplaatste vrijstaande beelden,
pathetisch voorstellende Apollo met de Muzen, op
gericht. Boven de kroonlijst welft een koepel koof-
vormig omhoog uit een balustrade, waarachter
musiceerende figuren oprijzen. Een glazen lantaarn
bekroont ten slotte het geheel, dat een karakteris
tieke uiting is van laat-barok onder invloed van den
Franschen Régence-stijl.
24. Trappenhuis naar oude teekening. Links onder
is het plan aangegeven van een rechte bordes-trap
(5 optreden per steek of traparm) om vierkant
trapgat. Daarboven volgt de hoogtedoorsnede,
waarop het rechter deel der teekening gedacht
wordt te staan. Blijkbaar zijn er tusschenvloeren,
gezien de deuren op de bordessen. Het trappenhuis
97
7