zoodat dezelfde versierende motieven zich op één meubel herhalen. Bovendien zijn de meeste in voorraad of in zekeren zin als massa-handwerk in den handel gebracht; vandaar dat het in de stijl-karakteristiek vaak iets vooruit loopt op die van het individueel gemaakte meubel. Het schilderwerk was reeds in het vorige tijdperk aan het opleven. Thans wordt algemeen het verf- werk bij de betimmeringen toegepast. Zijn de kleuren aanvankelijk blauw of blauwgroen, zoo worden ze gaandeweg zuiver groen en om het midden der eeuw zelfs wit in verschillende tonen. Bovendien neemt de toepassing van goud op biezen en lofwerk gestaag toe. Was dit alles het werk van den ambachtsman, dan krijgt bij het patriciërshuis ook de kunstschilder zijn aandeel. Zoowel de decoratieve als de vrije schilder, hoewel beider genres in elkaar overgaan, ziet men opdrachten vervullen. Maakt de eerste vooral geschilderde behangsels, de laatste schept meer de deur-, schoorsteen- en plafondstukken. - Het lakwerk is een uitzonderlijke wijze van schil derwerk, dat sinds de 2e helft der 17e eeuw hier gezien wordt op meubels, die in het Verre Oosten en Nederlandsch Indië gemaakt worden. Vooral na 1700 vraagt het algemeen de aandacht. Dit lak werk eischt een groote vakbekwaamheid, welke in die landen op hoog peil staat. Het houten meubel wordt hiertoe eerst beplakt met een gaas van zijden stof of dun papier, waarop men ossengal strijkt. Droog zijnde, polijst men deze laag om daarna met de eerste laag lak, een mengsel van hars, uit speciale boomen afgetapt, en olie te bedekken. Deze nu, zwart opgedroogd zijnde, wordt geslepen met 62

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 60