Waren de bladen eertijds van massief notenhout,
thans worden deze gemaakt van gefineerd noten-
op eikenhout, dat in verstek gelegd, meer speling
van kleuren geeft. Bij de groote eettafel blijft het
schuifblad in eere, om de trektafel voor een grooter
aantal personen te gebruiken.
De pronktafel is in dezen tijd een meubel in op
komst, dat meer een praal- dan een gebruiksmeubel
is. Haar blad is van marmer, kostbaar ingelegd met
parelmoer, kleurige gesteenten en metalen. In den
geest der marqueterie bestaan de motieven uit
bloemen, vruchten, vlinders en geometrisch orna
ment. Haar pooten zijn vaak met overdadig lofwerk
in zwellende barokvormen naar Italiaansche of
Fransche voorbeelden gesneden en verguld.
Naarmate de Fransche invloed zich in het gezel
schapsleven meer doet gelden, komen ook kleine
tafels in gebruik. De pooten en kruisen zijn daarbij
geslingerd of getorst, terwijl meer en meer ook de
balusterpoot gezien wordt.
Behalve de reeds vroeger genoemde kast- en speel
tafel komt de toilettafel (toile lijnwaad dat aan
vankelijk over zoo'n tafel gelegd werd) in zwang.
Hierin wordt het gerei opgeborgen, benoodigd bij
het verzorgen van het lichaam. Voorts is de gueri-
don, mogelijk een eigennaam uit Afrika afkomstig
en via Frankrijk hier doorgedrongen, een rond
bijzettafeltje met één poot. Dezen ronden vorm van
blad vindt men eveneens bij de klaptafel op drie
pooten, welke dichtgeklapt kan worden. De rijke
vormenschat van al deze werkmeubels vindt men
verder bij die voorwerpen, waar de tafel als onder
bouw dienst doet, gelijk bij linnenpers, clavicimbel,
clavicord, spinet e.a.
43