HOOFDSTUK I RANDGEMEENTE VAN AMSTERDAM" „Een stad aan de overkant Met torens, poorten, daken Ais een exotische bloem in verren nazomer ligt het eens beroemde Hindeloopen droomerig teruggetrok ken in de gebogen kustlijn van Friesland's Zuid-West hoek. Langen tijd heeft men zich in het ontstaan van dit thans tot museum verstilde stadje verdiept. Kro niekschrijvers met speelsche fantasie zagen het als een uitverkoren plekje, waar de hinden uit het bosch van Creyl, het lustoord van Stavorens legendarische graven, te hoop liepen. Toch raakte de fantasie misschien wel even de vroegere werkelijkheid. Vijf jaren turen over het Kanaal in oorlogstijd deed ons bij de Angelsaksen ook een Hindeloopen ontdekken. Bisschop Oswald spreekt in 966 van een plek, welke door wijze mannen Hindehlep wordt genoemd (de fram cudum mannum Hindehlep is gehaten). Wij hebben hier inderdaad met een verzamelplaats van hinden te doen, want in een andere oorkonde wordt een vossenheuvel noord waarts aan de holle weg bij hindeloopen genoemd. foxhylle, nordeweard on done holan waeg aet hyndehlypan.) Engelandvaarders zouden kunnen ver tellen, of dit Hindeloopen te zoeken is bij Nortwich Z.W. van Manchester, daar het privilegium Friderici meldt, dat de kapel van Hindelepe tot de kerk van Nortuuica behoort. Dichter bij huis blijvend kunnen wij reeds in de 14e eeuw in het sticht Utrecht een plaats Hindensprunc ontmoeten. Mogelijk blijft ech ter ook, dat Hindeloopen zijn naam te danken heeft aan een plantensoort, die in de omgeving van de oude Middelzee inheemsch moet zijn geweest, want de wilde cichorei droeg in het middelnederlandsch den 9 V

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 13