van dergelijke platte banden op 't midden of boven
of beide, ook weer iets uitstekend, zoowel van voren
als opzij. Over de vensters bogen van baksteen in den
vorm van een halven cirkel of halve ellips, of deze
vormen tezamen gevoegd en deze bogen voorzien van
groote aanzetstukken halve en dubbele die het ge-
hecle penant bestrijken en van sluitsteenen met een
vooruitspringend kussen. Aan den geheelen gevel is
geen versierend deel, behalve een gevelsteen of een
jaarsteen. Alles bijeen van een grooten eenvoud, maar
van een orde en rust en ambachtelijke deugdelijkheid
die den tijd heeft weerstaan en in aandoenlijke schoon
heid van volkskunst tot ons gekomen is. De namen
der bouwmeesters zijn onbekend. Zij waren Jan Pie
terszoon of Pieter Janszoon, timmerman of metselaar.
Hun gildestuk was het complete kruiskozijn of het ge
metselde venstertje dat achterbleef in den hoektoren
van de Sint Anthonispoort. Zij hebben ons iets nage
laten van zoodanig vast fundament, dat onze ver
warde tijd, die zoekt naar iets dat er niet is, daar ge
rust op door kan gaan.
Dan moet men studie van deze gevels maken, ze niet
alleen even vlug laten fotografeeren, maar ze opme
ten en van elk een reconstructieplan maken hoe ze
geweest zijn en het verhoudingsstelsel erin opsporen.
Wie dat doet en in zich opneemt heeft zich een vast
fundament geschapen voor Amsterdamsche bouw
kunst. Want alles wat in Amsterdam na dit type ge
vels gemaakt is, van welke schoonheid ook, werd be
ïnvloed door buitenlandsche kunst, door Grieksche,
Romeinsche, Italiaansche, Fransche kunst en nog veel
meer.
Dit type Amsterdamsche gevel treft men aan zoowel
bij woonhuizen als bij pakhuizen. Bij de woonhuizen
is de beëindiging van den top in den regel een trap-
80