XVI gevel ontdaan van alle sieraad. Wat het meest
de aandacht trekt is dat het geheele geveloppervlak
meestal bepleisterd en geverfd is. De aloude baksteen
is niet meer zichtbaar. Daarmede is het echte Amster-
damsche huis weg.
De indeeling van het huis werd vereenvoudigd en
daarmede ongewild verbeterd. De binnenplaats werd
niet meer gemaakt, waardoor het huis voor het eerst
een voor- en achtergevel verkreeg, zoodat de kamers
voor en achter licht kregen. De sombere, aan binnen
plaatsen gelegen kamers, waar nooit zon in kwam,
waren daarmede verdwenen.
Slechts enkele voorbeelden zijn van dit type huis in
Amsterdam te vinden. Op de plaats waar nu het ge
bouw van het voormalige Leesmuseum staat aan het
Rokin, stond tot 1904 de voorganger van deze instel
ling. Dit was een goed voorbeeld van dien stijl. Een
ander voorbeeld is nog aan het Rokin 114, het huis
der Mij. tot redding van drenkelingen.
De interieurs van dezen tijd zijn als het uitwendige
der huizen, de principen van de Fransche stijlen zon
der de sieraden en alle onderdeden een kwaliteit min
der. De keurig en kleurig geschilderde van eikenhout
gemaakte betimmeringen werden tot sierloos grenen
houten timmerwerk in fletse kleuren. Het geschil
derde behang of het velours d'Utrecht werd tot papier
dat alleen nog in den naam behang aan het hangen
der stoffen herinnert. De plafonds werden tot vlakke
stucbedekking met simpele lijsten en gegoten orna
menten. De zuilen en hoofdgestellen binnenshuis,
vervaardigd van zandsteen of Italiaansch marmer
werden tot houten getimmerten, bekleed met stuc. De
marmeren lambrizeeringen in de gangen vervormden
tot in marmer geschilderd stucwerk. Geen technisch
onderdeel of het zakte een weinig in aesthetische op-
208