werden door grootere ruiten, nog weer later door
T-ramen of zelfs door spiegelruiten. Ondanks deze
verminkingen spreekt uit het geheel nog een voor
naamheid die eerbied afdwingt en die eerst tot haar
recht komt indien de oude verdeeling wordt terug
gebracht. Dit eischt vakkennis en voorzichtigheid,
want verschillende oude gevels werden er niet beter
op toen er weer kleine ruiten in kwamen, die echter
niet goed van verdeeling of verhouding waren.
Zoo eenvoudig als deze huizen van buiten zijn, zoo
fraai zijn ze van binnen. De wijze van indeeling is
nog geheel als de vroegere typen. Een gang met ter
zijde twee kamers achter elkaar, een binnenplaats en
dan een kamer over de geheele breedte van het huis.
De trap vond een plaats naast de binnenplaats. Maar
de aankleeding was heel anders geworden. De eiken
houten balkenplafonds van moerbinten en kinder
balken, eerst gewijzigd tot regelmatige grenen balken
met beschildering, werden nu bedekt met witte pla
fonds. De uit Italië gekomen stuccatori maakten stu-
cadoorswerk, pleisterden, boetseerden in kalk en
gips, versierden wanden en plafonds met menschfigu-
ren, emblemen, cartouches en andere sieraden, gevat
in lijsten en sierlijke ornamenten. De vloeren en het
ondergedeelte van de wanden in de gangen of alleen
de plinten werden bekleed met Italiaansch marmer,
wit met donkere aderen, Arabescato, vernuftig sym
metrisch aangebracht uit opengezaagde blokken.
De trappen werden gemaakt van eikenhout of soms
van mahoniehout uit West-Indië en met prachtige
balustraden versierd, kunststukken van ambachtelijke
werkzaamheid. Een enkele maal is de balustrade ge
heel van gegoten brons, zooals in het huis Heeren
gracht 474.
De kamers, althans die van de hoofdverdieping, wer-
148