VOORBERICHT
Wanneer in Molière's Le Bourgeois Gentilhomme
M. Jourdain aan zijn Maitre de philosophie vraagt:
II n'y a que Ia prose ou les vers?, krijgt hij ten ant
woord: Non, monsieur. Tout ce qui n'est point prose
est vprs, et tout ce qui n'est point vers est prose. Dus:
in de taal is er niet dan proza of poëzie, of anders ge
zegd, alles is kunst. Weet dus goed, wanneer ge iets
wilt zeggen of schrijven, het is beoefening van kunst.
Zoo is het bij allen menschelijken arbeid. Alles is
kunst. Alles wat gemaakt wordt is vorm en kleur. De
vorm komt voort uit de doelmatigheid, de kleur uit het
materiaal of de afwerking daarvan. Wie dat aanvoelt
maakt iets dat goed is. Wie bovendien begaafd is
maakt iets dat goed en schoon is. Doch leelijk wordt
het nooit. Wie afgestompt of onverschillig is, niet vat
baar voor gedachten van hooger zin, maakt dingen die
leelijk zijn.
Maar de natuur is mild. Wat goed en schoon is, weer
staat den tijd en neemt toe in schoonheid. Wat slecht
en leelijk is, gaat ten onder. Ondeugdelijke samenstel
lingen gaan stuk, onedele materialen vergaan, slechte
kleuren verschieten. Zoo mild is de natuur, dat het
slechte en leelijke nog in schoonheid ondergaat.
Ook bij het bouwen heerscht deze wet. Voor den vorm
ligt de grondslag in de noodzakelijkheid van het ge
bruik, de eischen van het klimaat, met als handleiding-
de wiskunde. De wiskunde brengt de verhoudingsleer.
De weinig begaafde maakt met haar iets goeds, de
begaafde iets schoons. Geen goede bouwkunst zonder
geometrischen grondslag. Voor de kleur is de natuur
tot voorbeeld: NATVRA ARTIS MAGISTRA. Voor
de verf van kozijnen is een stuk zandsteen een goed
6