toefd, waar Willibrord omstreeks 700 gronden be
zat. Bij zijn testament heeft Willibrord het patronaat
der kerk van Waalre en Valkenswaard opgedragen
aan de abdij van Echternach. De landbouwende ge
meente heeft de goede betrekkingen met haar apostel
eeuwenlang in eere gehoudende goederen van de abdij,
waaronder het leen van den watermolen met aanliggen
de gronden, droegen den naam „Sinte Willibrorder
eigen". Tot het eind van de achttiende eeuw bewaarde
Echternach de oude bezittingen. En de kerkelijke ge
meente stelde zich onder de bescherming van Sint Wil
librord, wien de parochiekerk werd toegewijd. Wanneer
dit gebeurd is, weten wij niet. Maar er staat in Waalre
nog een overblijfsel van het kerkje, dat in de twaalfde
eeuw bezocht werd door de bevolking: een deel van het
schip der kerk die in de vijftiende eeuw vergroot is,
toen daar ook een baksteenen toren gebouwd werd die
er nog staat. Van 1648 tot 1798 werd de kerk gebruikt
voor den protestantschen eeredienst; daarna traden de
katholieken er weder binnen, dié in 1854 een dwars-
pand en een nieuw koor eraan bouwden. Zij bleven het
historische bedehuis trouw, totdat zij omstreeks 1925
voldoende middelen in hun parochialen spaarpot had
den om iets nieuws te bouwen dat voortaan hun tempel
wezen zou. Deze nieuwe tempel werd voorzien van een
soort toren en het oude, eeuwenheugende kerkje werd
ontruimd. De oude baksteenen toren behoort tot de
mooie Kempische bouwwerken, waarvan iedereen ter
stond de eenvoudige, vriendelijke schoonheid erkent.
Hij geeft karakter aan het dorpje en hij doet dit zoo
nadrukkelijk, dat men geneigd is de parochianen van
Waalre den bouw van hun nieuwe suikertaart-torentje
te vergeven: zij zullen het zeker goed bedoeld hebben
zooals dat heet. En na veel wikken en wegen is in 1943
de restauratie van toren en kerk, onder architectuur van
Valk, gereedgekomen: het oud juweeltje schittert weer
in Brabants kroon.
79