van het Bossche Capucijnenklooster de stad had moe ten verlaten, kwam hij op goeden voet met den ves tingscommandant van Grave en kon hij zich te Velp ves tigen. Schilderijen en meubels van het klooster, dat Emmaus genaamd is, verraden de afkomst der stichters uit het Vlaamsche land. In uitersten eenvoud heeft het zich gehandhaafd, ondanks alle avonturen. In 1840 be stond de kloostergemeente nog slechts uit eenige afge leefde grijsaards. In den refter wordt Willem II dage lijks herdacht wegens zijn besluit, dat ook dit klooster met zijn barok-kerkje herleven deed. Sindsdien heeft Brabant ook in dit opzicht zijn traditie herkregen. In sommige dorpen staan kloostergebouwen, die naar buiten iets uitstralen van het opgewekte gees tesleven dat er heerscht. De architectuur der kloosters heeft evenmin als de burgerlijke gedurende de negen tiende eeuw haar evenwicht kunnen vinden in een mach tigen stijl. Cuypers en enkele andere bouwmeesters zijn erin geslaagd, de idee van het gemoderniseerde kloos terwezen te vertolken in hun kunst, maar er werden ook veel kloostergebouwen getimmerd en gemetseld die niet boven de materie uitgroeiden. In de twintigste eeuw brak een sterker besef van het wezen der kloosterarchi tectuur door. Als model mag genoemd worden de Sint Paulusabdij te Oosterhout, gebouwd naar de plannen van den Benedictijnermonnik, Dom Bellot; een voor beeld van harmonieuze en spiritueele baksteentoepas sing, waarvoor de architect Berlage groote bewondering uitsprak. Van de kloosters naar de herbergen lijkt de stap wel heel groot. Kenners van de geschiedenis weten dat de stap slechts klein is, want in de middeleeuwsche kloos ters werd de gastvrijheid zóó beoefend dat elk klooster dagelijks verscheidene vreemdelingen herbergde, dus in den letterlijken zin des woords een herberg was. De 60

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 66