43
weldadigheid gewijd had; voortaan zou haar stichting
heeten: Geloof, Hoop en Liefde. De oude boerderijen,
die Croy omkransen, vormen een sierlijk geheel van
landelijke bouwkunst.
In een wijden omtrek van Vught, tot op de wallen van
's Hertogenbosch, is het kasteel Maurick te zien. Zijn
geschiedenis is zelfs met die van de stad saamgeweven,
niet enkel omdat vermoedelijk Jan Heijns, een van de
bouwmeesters van de Bossche kathedraal, in de jaren
1504—1509 het bouwde voor Jhr Jan Heym, later hoog-
schout van 's Hertogenbosch en de Meijerij, doch ook
omdat in het jaar 1629 Prins Frederik Hendrik hier
zijn hoofdkwartier had, toen hij de stad belegerde en
overwon. Er is veel veranderd aan dit kasteeltje, vooral
bij de restauratie in 1891, maar het is een elegante ver
schijning gebleven, die het dal van de Dommel zeer ver
fraait. De grachten en bloementuinen verfijnen de wer
king van de oude baksteenmassa, speels bewerkt met
twee, achtkantig uit het water oprijzende, ronde torens,
die de hoofdpoort flankeeren en met ronde torens aan
den gevelop de binnenplaats tegen den achtergevel
met een hoogopgaanden traptoren. Ten noorden de
wijde poldervlakte, waarachter de breede stad oprijst
met haar allesbeheerschende kathedraal, ten zuiden
een bosch, eiken en beuken en dennen, vol wild ge
vogelte.
Dat het geheel in wezen weinig of niet veranderd is
sedert 1629 lezen wij uit een gedicht van Constantijn
Huygens, die op 4 Mei van dat jaar bij den Prins in
de legerplaats te Vught kwam, in Heer-Heyms-Hui-
zinge oftewel Maurick. De dichter, tevens secretaris van
den Prins, was wel een Hagenaar van geboorte (4 Sep
tember 1596), maar geen vreemde in het toenmalige
Brabant, want zijn vader Christiaan was geboortig uit
Terheijden bij Breda en zijn moeder, Susanna Hoef
nagel uit Antwerpen. Constantijn zond aan zijn broer
deze verzen