tusschenpersoon verviel en de hertog van Neder-Lotha- ringen rechtstreeks de ondergeschikte machten bë- heerschte, begonnen dezen te streven naar onafhanke lijkheid. De belendende grootere gravenhuizen, die van Leuven en Holland, begonnen toen elkaar het bezit van Noord-Brabant te betwisten, waarvan zij na een reeks van oorlogen elk een deel veroverden. Noord-Brabant kreeg een heel ander uiterlijk. De oude villas werden veranderd in sterkten en kasteelen. De Franken hadden hun lijfeigenen rond hun sala geves tigd; de nieuwe heeren hielden hun landbouwers en lijfeigenen in de nabijheid van hun kasteelen. Maar de bodem verwilderde tot woestenijde gebaande wegen werden overwoekerd door onkruid en spoelden weg, wanneer de wilde regens van voorjaar en najaar de moerassige gronden oververzadigd hadden. De bevol king begon wederom de vreemdelingen te wantrouwen. Voor de bisschoppen was het vrijwel onmogelijk de kerkelijke gemeenten te bezoeken; de priesterlijke zorg was ontoereikend geworden, sinds de noormannen de kloosters hadden verwoest. Omstreeks het jaar 1000 werd Taxandrië geregeerd door een zekeren graaf Ansfried, een beschermeling van Aartsbisschop Bruno van Keulen, die tevens aarts hertog van Lotharingen was. Deze Ansfried, familielid van keizer Otto, staat bij de oude geschiedschrijvers hoog in aanzien. „Als graaf van Bratuspant schitterde hij onder de Franken; hij was niet minder om zijn rechtvaardigheid dan om zijn macht beroemd", zegt Sigebert. Enkele documenten zijn bewaard, waaruit Ansfrieds gedrag eenigszins te kennen is. Vrouwe Hil- dewaris had in het dorpje Beek, dat later naar haar Hilvarenbeek genoemd is, een nieuwe kerk gebouwd, die door den aartspriester van Taxandrië bediend werd. Ansfried, die het dorp bezocht, schonk aan de kerk zijn landgoed Lommei met alle aanhoorigheden, zooals hij dat van den graaf van Leuven in leen hield. In het jaar 21

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 25