dijken, stootte men spoedig op de darinck, die, in blok ken verzameld, in de zon werd gedroogd, en daarna tot brandstof kon dienen. Wellicht van meer beteekenis dan voor de brandstofvoorziening was het darinck- delven voor de zoutwinning. Daartoe werd de gedroog de moer verbrand en de asch vermengd met zeewater in groote pannen boven turfvuren gekookt. Het zout kwam eerst als vlies aan de oppervlakte en viel later als kristallen op den bodem. Naar die pannen heette het bedrijf ook wel pannering en zij die het uitoefenden „pannemannen". De zoutnijverheid werd in het graaf schap Strijen en het noordelijk deel van de heerlijkheid Breda de oorzaak van het ontstaan van vele dorpen, die in economische ontwikkeling de zuidelijker gelegen Bredasche dorpen vooruit waren. De steden Zevenber gen en Steenbergen kwamen door den zouthandel tot bloei; de kooplieden van Steenbergen kwamen reeds in het begin van de 14e eeuw in Engeland en in de statistieken van den Brabantschen handel op Engeland nemen die van Steenbergen met hun zouthandel een naar de grootte van hun stad zeer aanzienlijke plaats in. De Sint Elisabethsvloed in November 1421 maakte een eind aan den bloei van deze streek. Opnieuw moest de streek worden bedijkt, waartoe de heeren van Breda alle krachten inspanden. De tachtigjarige oorlog bracht de Staten van Holland ertoe Willemstad (in 1584) en daarna Klundert te versterken met wallen. De heerlijk heid Niervaart bleef in het bezit der heeren van Breda, de Nasau's, en werd door het kinderloos overlijden van Prins Frederik in 1881 Staatsdomein. Er staan prachtige bouwhoeven in dit gebied met zijn zwaren grond. Talrijk zijn de hooge wegen op de meestal rijk beplante dijken, vanwaar het uitzicht op de akkers wijd en diep is. De vlasbouw wordt er druk beoefend. Er is schitterend vee; er zijn paarden als standbeelden. En dan naar het noorden de verrukkelijke vergezichten over het woelige Hollandsch Diep. 103

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 115