88
Doch laten wij allereerst onze aandacht bepalen tot de
vele uitgaven en zien wat de 18de eeuwsche teekenaars-
etsers ons hebben nagelaten. Het is een respectabele
lijst.
1705. J. Le Roy: Brabantia illustrata (met dezelfde
platen als in „Castella etc." 1694).
1706. Adelijke Lusthoven Inhoudende de voor
naamste en vermaakelijkste gezigten en perspec
tieven der ouwde en nieuwe adelijke gebouwen
des hertigdoms Brabandin meer dan 200
konstplaten (met dezelfde platen als in „Cas-
tela etc." 1694)
1706. Chronijk van de vermaarde zee en koopstad
Hoorn.
1708. J. B. Gramaye: Antiquitates illustrissimi ducatus
Brabantiae (met prenten van Harrewijn).
1710. Dirk Burger van Schoorel: Chronijk van de stad
Medenblik (met prenten van Abr. Rademaker)
1711. L. Smids: Schatkamer der Nederlandsche Oud
heden (met prenten van J. Schijnvoet naar Roe-
lant Roghman).
1712. Gerard Goris: Les délices de la campagne a
1'entour de la ville de Leide(met prenten
van J. Lamsvelt).
1713. Ignatius Walvisch: Beschrijving der Stad Gouda.
1714. Korte Chronijke der stad Deventer, tot 1648.
1717. Bern. Schotanus a Sterringa: Uitbeelding der
heerlijkheid Friesland (met prenten door Ger. de
Broen en Jan Luijken).
1719. De zegepralende Vecht, vertoonende enz.
(van Utrecht tot Muiden) (met bijna 100 pren
ten door D. Stoopendaal)
1719. H. V. H.:: Oudheden en gestichten van Rhijnland
en wel voornamelijk van de stad Leiden (met
prenten door R. Blokhuisen, e.a.).
1723. Daniël Willink: Amsterdamsche Buitensingel
nevens de omliggende dorpen met afbeeldin
gen eeniger oude en tegenwoordige stadspoorten,
