1700. Reis-beschrijvingedoor een voornaam rei ziger (met prenten van J. Lamsveld). 1700. Pieter Post: De Sael van Oranje bij 's-Graven- hage. Wij bedoelen niet een volledige opgave te doen, maar willen slechts een indruk geven van de groote vlucht, die de belangstelling voor de steden en haar gebouwen in de 17de eeuw had genomen. En wij bedenken, dat vele dezer uitgaven in herdruk zijn gekomen, veelal met een uitgebreider prentenmateriaal, dat naast hen nog een onnoemelijk aantal etsen en gravuren zijn ge drukt, die afzonderlijk werden verkocht, dat vele schil ders-etsers zich met de uitbeelding van stadsgezichten hebben beziggehouden, dat van vele kasteelen, merk waardige landhuizen, openbare gebouwen, enz. aparte, geheel aan hen gewijde prentwerken het licht zagen. De houtsnede vond in het begin der eeuw nauwelijks beoefening meer. Het was vooral de kopergravure, die als het meest-geëigende procédé voor deze en derge lijke uitgaven werd beschouwd. In die jaren bereikte die kunst haar hoogsten bloei en het zijn in het bijzon der de Nederlanden geweest, die haar tot den hoogsten top hebben opgevoerd. De reeds genoemde Simon Fri- sius, van wien wij verschillende gezichten uit Amster dam en Boëthius Adam a Bolswerd (1580-1633), van wien vooral „de Beurs" bekend is geworden, zijn groote kopergraveurs geweest. Stoer en krachtig hebben zij hun concepties opgebouwd en uitgevoerd. Maar de meest bekende prentkunstenaar uit die jaren is Claes Janszoon Visscher (1587—1660) geweest, afstammeling uit een oud Amsterdamsch uitgeversgeslacht en zelf een zeer bekwaam teekenaar en gravsur, die ons tal rijke afbeeldingen van zijn stad heeft nagelaten. Wij vinden o.m. vele illustraties van zijn hand in de reeds meermalen genoemde uitgave van Pontanus, uit 1611, die wij merkten het reeds eerder op de eerste „stads-beschrijving" is geweest. Wij kennen van hem nog een groot aantal andere gezichten, die blijkbaar 53

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 60