de burgerij, toen hij die mooie provincieplaats Amers
foort in 1657 bezocht.
Er was overal groei en bloei in den lande en de Hol
landers hebben de genoegens van de steeds toenemende
welvaart gesmaakt, zooals een Hollander die pleegt te
genieten. Nooit hebben zij nagelaten om de vreugden,
die de voorspoed hen bood, te verkondigen en de rijke
gaven der natuur en van de kunst te waardeeren. Hun
eigen land en hun eigen steden en dorpen, hun gebou
wen en monumenten waren hun trots en hun vreugde.
Hun roem en glorie te beschrijven en te bezingen, heeft
vele geleerde en kunstzinnige mannen bezig gehouden.
47
Afb. 11. Amsterdam. Oude Stadhuis vóór den brand in 1652.
Gravure van Claes Jansz Visscher. Plm. 1615.
