meerd is dan het vorige. De houtsneden hadden aan diepte en kracht en ook aan soepelheid en kleur ge wonnen. En Veldheer had duidelijk gedemonstreerd wat een houtsnede kon en moest zijn. Een kleinere, maar niet minder artistieke uitgave, uit 1906, is „Het dorp Bergen", waarin een vijftiental houtsneden zijn afgedrukt. Het is treffend hoe Nieuwenkamp in zijn latere hout sneden de synthese heeft doorgevoerd, hier en daar tot grootere verfijning is gekomen, o.a. in de wolkenluch ten en het „teekenachtige" meer en meer heeft voor gestaan. En dat alles met nog eenvoudiger middelen en met volkomen beheersching van de techniek. Het aantal stadsgezichten, gebouwen, enz. door beide kun stenaars in het hout gesneden, is zeer groot. Hun „beginselen voor de houtsnede" hebben vele be wonderaars en niet minder talrijke beoefenaars gevon den, maar de voornaamste meesters van het stadsgezicht zijn zij toch gebleven. Cees Bolding, reeds eerder ge noemd, heeft enkele geslaagde proeven in kleuren- houtsnede gegeven, o.m. een fraai gezicht van Veere. Jan Boon heeft als houtsnijder een grooten naam ver worven en zich ook met den kleurendruk succesvol be ziggehouden. Zijn stadsgezichten in houtsnede betreffen verschillende Nederlandsche steden. De „moderne" houtsnede en ets zijn zeker niet de minst representatieve vertolkers geweest van de schoonheid van eigen land en stad. De kunstwerken van onze he- dendaagsche meesters zullen, evenals de vele van hun voorgangers in vorige eeuwen, den volke hun onvol prezen bekoring voor oogen houden. Nergens ter we reld en in geen periode is met zooveel enthousiasme en met zooveel oprechte liefde alles wat de menschenhand op vaderlandschen bodem heeft gewrocht, in zulke be wonderenswaardige prentwerken veropenbaard. De ver beelding van al dat schoons heeft de prentkunst van haar geboorte af beheerscht. Reeds Jan van Eijck achtte een monument als de Utrechtsche Domtoren waardig 146

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 161