der Nederlanden" door J. L. Terwen van 1858—1862.
In dit laatste werk vooral vindt men talrijke steden en
dorpen in beeld gebracht.
Een lang en invloedrijk leven is de houtgravure niet
beschoren geweest. De prenten waren door de uitvoe-
ring kostbaar en haar aanzien was kil en koud en ge
speend van artistieke allure.
De lithografische prent heeft een veel grootere ver
spreiding gevonden, dan welke andere ook, misschien
ook omdat de uitvoering minder kostbaar was. Op den
lithografischen steen konden de kunstenaars zelf en
onmiddellijk, dus zonder tusschenkomst van de gra
veurs, hun ontwerpen teekenen, waardoor het artistiek
gehalte veelal heeft gewonnen. Doch niet allen hebben
dat gedaan. Reeds in het begin der eeuw werden in de
125
DE SPAARNWOUDEItrOOnT TE 1UA.W.EM UIT HET ZUIDEN TE ZIEN;
tcekerang op hout van J. C. Grcwo Jr
Afb. 50. Haarlem. Spaarnwouderpoort.
Houtgravure van L. Falk, door J. C. Greive
op liet houtblok geteekend. Plm. 1860.
