de voorgevel was vijf vensters breed. Een gevel driehoek boven de gootlijst verdween wellicht, evenals bij Weerestein het geval was. Aan de ach terzijde is, op dezelfde wijze als wij bij Queekhoven aantroffen, een veelhoekige tuinkamer aange bouwd, doch hooger en voorzien van een tamelijk rijk bewerkten fronton. Dit vertrek werd voorzien van 18de eeuwsche betimmeringen en fraai stuc werk met de emblemen der jaargetijden. Het ornamentale steenhouwwerk dat de voordeurpartij siert Ionische pilasters, voluten en ornamentwerk in Lodewijk XV-stijl verra den kennis van de nieuwste veranderingen, die zich toendertijd in de Fransche decoratieve kunst vol trokken. De Fransche stijl was dus in ons land goed bekend, maar, zooals hierboven reeds werd opge merkt, bij de toepassing ervan werd ,,op nationale wijze" maat gehouden. Van de huizen die in de 18de eeuw werden vergroot zijn Over-Holland en Rupelmonde overgebleven. O ver-Holland was oorspronkelijk een huis van het gebruikelijke breede stadshuis-type. In het midden van de 18de eeuw werd het aanmerkelijk uitgebreid, vermoedelijk voor mr Willem Straal man, die het buiten in 1755 had gekocht. De gevel aan de Vechtzijde bleef grootendeels ongewijzigd. Verdwenen zijn tegenwoordig slechts het balkon voor het middelste raam en de bekappingen van de schoorsteenen, terwijl het dakraam en het boven- 54

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 62