44
schrijven zijn, die zeer interessante gegevens aan het licht
zou brengen. Enkele mogen hier een plaats vinden.
De heeluur-klok van den St. Bavo te Haarlem vermeldt:
Roelant die 'groot is myn naem
Tot Godes dienst ben ic bequaem
Ic luyde somtyds ten brande
Of alst saem is van viande
Geryt van Wou die mij goot
MCCCCC ende drie jaer nae Goods geboort. Amen.
Deze klok is naar het model der klokke Roelandt te Gent
gegoten; in 1503 kreeg Van Wou de opdracht naar Gent
te reizen om de groote stormklok daar te bezichtigen en
„de maet daer af te nemen".
Op de grootste luidklok van den St. Laurens te Rotterdam
stond te lezen:
laurencius is miné naem
myn geluyt sy gode bequea
jan hoerkë en millem hoerkê
hebbë my gemaakt
en roei te pointe geraect
by toedoë ic seegt u ombelet
vandë eerbarë jan die vet
jan vyck, cornelis ans joen
jan dams joen kercmeester koen
god rvil hë alïë haestelikë ghevë
nad' doet dat eemige levë
a dom mcccclxi
(De streepjes duiden weglatingen van n en m aan, tus-
schen de woorden is een liggend kruis X, tusschen de
regels een staand kruis geplaatst.)
Van dit randschrift bestaat in het museum Boymans te
Rotterdam een gipsafgietsel, (Afb.17) de klok zelf (±1.70
m diameter) een prachtstuk, ook wat den klank betreft, is
helaas bij den brand van 14 Mei 1940 verloren gegaan.
De grootste beiaardklok in denzelfden toren, tevens de
heeluurklok, heeft het volgende randschrift: