boerin aan brandhout helpt, vindt er zijn plaats zoo
volkomen vanzelfsprekend, dat het haast niet te ge-
looven is, dat de boomen met opzet zoo geplant
werden.
Zoo is het ook in de interieurs. De schuren zijn groote
leege ruimten, maar de kapstijlen en de gebintcon
structies zijn logisch en schoon gevormd. Het groote
gebint van zware stammen, stevig gebouwd en goed
gefundeerd, is de hoofdconstructie, waarop het lichte
spanthout, dikwijls van sparren, steunt. Er behoorde
een uitnemend vakmanschap toe, om den dissel zoo
te hanteeren, dat alle tanden en pennen goed sluiten,
veel meer dan voor onze moderne spanten uit bezaagd
hout, maar het beeld van zoo'n spant is meer dan een
bewijs voor de vakkennis van hen, die diep zijn door
gedrongen in de geheimen van het ambacht. Het
toont bovenal, dat zij er waarden uit putten, die on
vergankelijk zijn, ook al dreigt er veel verloren te gaan
wanneer de technische volmaking sneller is gegaan
dan de geestelijke groei. Ook de woonhuizen ver
tellen ons van de liefde voor het werk en de schoon
heid van de ruimte. De wanden zijn gepleisterd, soms
met tegels bezet. De vloer is met groote blauwe of
roode plavuizen gedekt, of van hout, bestrooid met
wonderlijke zandfiguren. De balkenzoldering, een en
kele maal, bij groote boerderijen van prachtige moer
en kinderbinten, is plastisch gehouden. In zoo'n ver
trek is de meubileering gaaf. Een tafel, omgeven door
eenvoudige stoelen staat bij het raam. Daar is het licht
en deze plaats laat ruimte vrij om rondom de groote
kachel te zitten bij de geweldige schouw. Het licht
valt binnen door vensters, die gevat zijn in dikke ko
zijnen, die vast in den gevel staan, evenwichtig en
goed van verhouding. Het sierende element in deze
kunst, zoo rijk aan de kleeding van den boer, is sober.
Eenvoudige vormen, maar dikwijls van een treffende
80