HOOFDSTUK IV
HET SAKSISCHE- OF HALLE-TÏPE
In het groote middengebied van ons land, Drente,
Overijsel, Gelderland, Utrecht, de Zuid-Hollandsche
weidestreken met hun geperfectioneerde kaasboerde
rijen en over de Maas, in de Noordelijke strook van
Brabant tot in Noord- en Midden-Limburg, zijn ver
schillende boerderijvormen van Saksischen oorsprong.
Natuurlijk is de ontwikkeling er overal anders geweest.
De materialen en de daarmee samenhangende con
structiemethoden zijn veranderdde vormgeving werd
in de eene streek meer ontwikkeld dan elders, maar
overal is de Saksische idee, zooals deze is uitgedrukt
in een typischen eigen ruimtevorm, terug te vinden.
De Saksers, uit het Oosten gekomen, hebben steeds
verder weten door te dringen in de verblijfplaatsen
van de oorspronkelijke bewoners. De Friezen, die in
het Noorden en Westen van hun gebied te kampen
hadden met het water, kregen er in het Zuid-Oosten
een vijand bij, waarvoor ze nu eens moesten terug
trekken, dan weer veroverd terrein terugwinnen, met
al de cultureele gevolgen daarvan. In het midden van
ons land, waar eerst Frankische groepen hebben ge
woond, wisten de Saksers hun heerschappij blijvend te
vestigen en de oorspronkelijke bewoners werden terug
gedreven tot ver over de groote rivieren in het huidige
Brabant, België en Noord-Frankrijk.
Deze strijd is niet zonder invloed gebleven op de bouw-
cultuur van het land, zoodat de Saksische boerderijen
wel de grootste variaties vertoonen. Sommige schrijvers
gaan daarom verder met hun indeeling en spreken van
een Frankisch-Saksisch type, waarbij enkelen van hen
weer vrij scherp omgrensde gebieden willen aandui
den. In de menggebieden, waar een sobere poging
36