terug te voeren. Vóór de reformatie zullen er ongetwij feld uithangteekens zijn geweest met het bidsnoer als object, na de reformatie gecamoufleerd als een krans van rozen weer opgedoken, waarna het zijn oorspronkelijk karakter verloor en als huisnaam voortleefde naast „de Vergulde krans". Een dergelijk steentje werd in de hal van het Rijksmuseum geplaatst, vermoedelijk van Rokin of Nes afkomstig. Zoo woonde in 1566 Jacob Dircksz. Rosecrans in „de Rosencrans" in de Warmoesstraat. Een slopje uitkomend in de Heintje Hoeksteeg tusschen 19 en 21 was de Rozenkransgang. De eenige gevelsteen met zulk een herinnering, staat in den zijgevel van het gebouw V.A.B. in de Nieuwe Ridderstraat hoek Montel- baanstraat, afkomstig uit de gesaneerde Ridderstraat 54. Het is een frisch gekleurde steen van 52 X 48 c.m. met inscriptie „De Rosekrans" en het foutief er op geschil derde jaartal 1699. Het was Jan Rosekrans, die in 1692 dezen gevelsteen deed plaatsen en er zijn naam op liet vereeuwigen. Een meer bijzondere dan fraaie gevelsteen is die in de Koningsstraat 27. Uniek omdat het er een met Arme- nisch opschrift is, onder een kelk met de hostie. Hier zou de priester Joannes de Minas gewoond hebben, die dertig jaar lang de toen bloeiende Armenische kolonie bediend heeft. Van hun kerk bleef het portaal bewaard, waarop het Agnus Dei, liggend op het boek verzegeld met zeven zegelen, aan de Rechtboomsloot 22. „De Kerkkroon" staat onder een in kerken gebruikelijke lichtkroon, in de le Rozendwarsstraat 11, een koper- slagersuithangteeken. Op de Rozengracht 48 (1638) valt op een gevelsteen de Noorderkerk te herkennen. Geestelijken vond men op gevelsteenen eveneens uitge beeld, zooals een non op de Laagte Kadijk 36, thans in de St. Luciënsteeg ondergebracht. Hier staat ook een origineel drietal van de Elandsgracht 144. Deze 17e eeuwsche gevel steentjes dragen tezamen tot opschrift: „In de 3 stammen van de werrelt" en elk afzonderlijk 58

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 73