HOOFDSTUK VIII DE EVANGELISTEN EN HEILIGEN Van de overige bijbelsche figuren dienen we een aan tal te bezien als heiligen der R.K. Kerk. Als uithang- teeken kwamen ze veel voor en even talrijk waren de huisnamen daaraan ontleend, veelal als patroon van ambacht of gilde, dan wel als doopheilige. De gevel- steenen met afbeelding van een heilige mogen we veilig rekenen tot de oudste te behooren, uit den tijd, dat de R.K. godsdienst algemeen was. Een aantal hiervan heeft den moeilijken tijd na de Alteratie in 1578 overleefd en is voor ons bewaard gebleven, wellicht „gecamou fleerd" door overschildering van het opschrift. Een merkwaardig „cieraad", dat tot de huisemblemata gerekend kan worden, is dat aan de Heerengracht 579/ 581 bij de Utrechtschestraat. Een bijzonder opvallende gevelversiering van omstreeks 1664, waarvan de beeld houwer niet bekend is, welke aanleiding gaf tot twee huisnamen. In 1690 spreekt men van „het huis daar de oliphant voorstaat" en in 1692 is sprake van „het groote huis den engel Michael". (Het huis was toen nog niet in twee woningen gesplitst.) Het is een zonderlinge combinatie deze groteske figuur, den aartsengel Michael voorstellend in zijn strijd met den draak, geplaatst op een olifantskop welke als console dient en zoo gelukkig de eenvormigheid der huizen aan die zijde breekt. Naar de beteekenis kunnen we slechts gissen, ten hoogste veronderstellen, dat de olifantskop de herinnering le vendig hield aan de „koeckebackerije" op den Nieuwen- dijk hoek Kolksteeg, welke de bouwheer, Pieter van Schoorel, met een groot vermogen in 1656 van zijn moeder erfde. De olifant was, en is nog wel, het zinne- -43

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 54