over vervuilde en overgeverfde gevelsteenen dan thans. Rechtstreeks naar den bijbel verwijst ook de door de verf onleesbare inscriptie „Act8 vs 37-38" onder de eigenaardige verbeelding van den doop van den Moor man, op een gevelsteen in de Bethaniënstraat 7. Zonder de toespeling op het 8e hoofdstuk der Handelingen, zou het moeilijk vallen het raadsel op te lossen van dien op het water rustenden Morenkop tusschen de hagel blanke zwanen. Wellicht heette de bewoner Moorman, een nog voorkomende naam. Door den steen in het mid denvak te verhoogen en den kop van den moorman in het penant tusschen de ramen te plaatsen, werd deze gevelsteen a.h.w. een onafscheidelijk deel van het huis. Deze vorm gaf den beeldhouwer tevens de gelegenheid zijn aardig gegeven met de, een symmetrische figuur vormende zwanen, op gelukkige wijze uit te werken. In den nok is bovendien nog een 18e eeuwsche driekantige hoed uitgehouwen. 42 De Moorman, Bethaniënstraat 7

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 53