De Lakenhal 1639 —1641.
De groote toename van de bevolking in de eerste
helft van de 17e eeuw ging hand in hand met een
enormen opbloei van de lakennering. In 1667 was het
St. Jacobsgasthuis reeds tot Lakenhal ingericht, en
deed dienst tot 1641, toen de nieuwe lakenhal in ge
bruik kon worden genomen. De juist aangestelde
„stadsfabriek", Aemt van 'sGravesande werd met
het ontwerp en de uitvoering belast. Hij koos daar
voor een terrein aan den Ouden Singel. Op 9 Juli
1639 werd de eerste steen gelegd door den zoon van
burgemeester Paedts.
Het gebouw is thans in gebruik als stedelijk museum.
Het heeft een mooi voorplein met colonnaden aan
beide zijden. In de zalen zijn nog verschillende schil
derijen uit dien tijd aanwezig. Vijf der gouver
neurs lieten zich uitschilderen op een schoorsteen
doek door Karei de Moor, onder welk doek de vol
gende dichtregels staan:
De Moor, die maalt hier af vijf mannen
naar het leeven
Die zorg voor -s nerings heil ook wetten
zijn gegeven
Om Baas en Knecht te geven recht,
na tschil bepleit
Op alles wel gelet en zonder onderscheidt.
Ieder, die de geschiedenis van de stad ter harte gaat
verzuime niet dit museum geregeld te bezoeken. Men
zal er telkens iets nieuws ontdekken. De geheele
geschiedenis van Leiden is hier in een passende en
aantrekkelijke omgeving bijeengebracht. De oude
interieurs en de talrijke gebruiksvoorwerpen geven
een beeld van het huiselijk leven onzer voorouders.
72