en Berberis. Allemaal natuurlijk aangebracht door de
vogels. Zoodoende ging dat duindoornbosch langzamer
hand over in een gemengd bosch van besdragende doorn
struiken, een van de mooiste woudformaties, die we in
ons land kennen en die in de duinen op zijn mooist ont
wikkeld is, in het bijzonder op Voorne. Daar treedt ook
de Wegedoorn op, die elders in de duinen nog al zeld
zaam is, evenals de Sleedoorn, die er eigenlijk ook bij
hoort. Ook ongedoornde struiken namen hier een plaats
in en wel de Liguster en de Kamperfoelie.
Elk van deze struiken kan op geschikte plaatsen ook
wel overheerschend optreden, al beslaan ze dan niet
zulke geweldige oppervlakten als de duindoorn. Op
Voorne vond ik een Berberisboschje, je zoudt haast zeg
gen, aangeplant. Ook Liguster is heel wat mans en Kar
dinaalsmuts ook. Maar het aardigst is wel de Kamper
foelie. Doorgaans denken we ons die, slingerend om de
slanke telgen van els of berk of eikenhakhout en lijster
bes. Maar in de duinen treedt zij op als kruipplant en
als dekkend struweel. Zoo vinden we haar in de Haag-
sche duinen en in Kennemerland, vooral aan noord
hellingen, maar overweldigend mooi in de duinvlakten
van Texelplakkaten van honderd vierkante meter groot,
in en om zichzelf klimmend en in het volle zonlicht
prachtig bloeiend met bloemen van buiten donkerrood.
De bladeren van deze zee- en duinkamperfoelie zijn al
weer evenals die van de strand-bitterzoet dikker dan
gewoonlijk, de stengels vaak ruig behaard. De badgas
ten, die langs het Westerslag trekken, nemen er slierten
van mee, voorloopig nog zonder merkbaar schade aan
te richten. Kijk ook eens uit naar vlinder en rups van
den Glasvleugel-Pijlstaart, die bij de Kamperfoelie be
hoort.
Nu maakt die Kamperfoelie den indruk van weggeloo-
pen te zijn uit het loofbosch, waar zij eigenlijk thuis
behoort en met die andere heesters is dat ook min of
meer het geval. Wanneer wij Lijsterbes, Vogelkers, Gel-
33
Onze Duinen 3
