op een heel schilderachtige plek, vlak aan zee. In de
laatste jaren is hij met goed gevolg uitgezaaid in het
zonderlinge parkduin van de Westduinen in den Haag
en er is wel kans op, dat hij langs de kust het verloren
terrein herwinnen zal. Door strenge winters wordt hij
wel geremd. De winters van 1938 tot 1942 hebben bij
ons dan ook danig huis gehouden onder de Papavers.
Maar gelukkig houden de zaden het beter uit en we
krijgen dan ook massa's kiemplantjes, die uitgroeien
tot prachtige rozetten van mooi ingesneden en gekrulde
dof-blauw-grijs-groene bladeren en we hopen die dan
weer eens rijk in bloei te zien. Zaden zijn heel merk
waardige organismen.
Toortsen, Teunisbloemen en Hoornpapaver zijn twee
jarige planten. Ze maken in het eerste jaar een wortel
rozet, in het tweede jaar de bloeistengels. Er zijn er
ook wel, die in het eerste jaar een bloeistengel maken,
andere pas in het derde jaar, uitgebloeide tweejarige
maken nog wel eens een wortelzijloot, een overgang tot
vaste plant. Kiemplantjes vormen zich zoowel in voor
als in najaar. Dit alles maakt dat ge in Augustus en
September en ook nog later allerlei toestanden van
deze planten te zien kunt krijgen. Hun gedrag ten op
zichte van zonsopgang en zonsondergang wijzigt zich
in den loop van het najaar.
Zeepkruid en Nachtsilene zijn vaste planten. Het Zeep-
kruid heet zoo, omdat zijn wortelstokken met water
inderdaad schuim opleveren en men heeft zelfs be
weerd, dat men er mee kan wasschen.
Ik heb deze planten zoo uitvoerig besproken, omdat
ze altijd in groot aantal in den Hof aanwezig zijn en
gemakkelijk te bezien. Evenwel heb ik nog niet het hon
derdste deel verteld van wat zij te aanschouwen geven.
In De Levende Natuur vindt ge er meer over.
Toen we daareven bij de Hoornpapaver naar die ijve
rige wespen keken, hebt ge misschien eventjes gegrie
zeld. Veel menschen en kinderen zijn bang voor wespen.
68