Maar in den omsloten stillen Hof is er ook nog heel wat van te genieten, hier het meest in de morgenuren. Je neemt maar een afwachtende houding aan op een der banken, met goed uitzicht op een ruim stuk hemel. Met de paddestoelen moeten we nog een beetje geduld hebben. In het gras hebben we mooie heksenkringen van de Kringzwam, aan palen en heiningen veel goede „houtzwammen", aan een oude vlier mooi Judasoor, een enkele rariteit aan den Smeerwortel enz. Maar voor echten zwammenrijkdom zijn we nog een beetje te jong en je kunt dien zwammengroei niet forceeren. Geduld maar. In het oude bosch hebben we aardig wat Mo- rieljes. Hierboven hadden wij het reeds over de kleurenpracht aan Geldersche Roos en Kardinaalsmuts, de hoofdfigu ren bij den bladerenval, beter gezegd: „het afstooten der bladeren". Natuurlijk worden bij stormweer blade ren, bloesems, takken afgerukt, soms in groote hoeveel heid. Maar vaak zien we in alle tijden van het jaar bladeren vallen zonder duidelijke oorzaak, of ook wel na langdurige of hevige droogte en hitte. Zoo vind ik in mijn dagboek voor 7 Augustus 1938: „Door de droogte veel espen en berken in de duinen met geel blad" en voor 9 Augustus: „hevige val van bladeren van beuk, populier en esp". Men zou dit kunnen noemen de onregelmatige blade renval in tegenstelling met de regelmatige, die door de heesters en hoornen zorgvuldig wordt voorbereid. Zij beginnen daar al heel vroeg mee, eigenlijk al in Juni. Dan kun je gelijktijdig tegengestelde dingen zien gebeuren: sommige boomen stooten al enkele bladeren af, andere, zooals de eiken, beginnen nog eens opnieuw met knoppen te laten uitloopen. Dat zijn vooral de eiken. Die maken dan het zoogenaamd Sint-Jans-lot (St. Johannes 23 Juni), dat ge dan als frisch groen en rood te midden van het donkere zomerloover te zien krijgt. Wanneer ge goed uitkijkt zult ge zien, dat ook 81

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 114