derhandelaars toe te zenden, in het geheim, opdat
dit niet te zijner (Balderik's) kennis zou komen, en
een ieder zou, waar hij het kon, troepen verzamelen
en zij zouden samenkomen in een bepaalden nacht
en op een afgesproken plaats en zoo mogelijk Bal-
derik in zijn sterkte (m u n i t i o) belegeren. Terwijl
dit door hen met vuur en met spoed werd uitge
voerd, is de vijand, volgens zijn gewoonte, vóór het
einde van het eerste nachtwaken, uit vrees voor het
gevaar eener belegering met eenigen uit de neder
zetting (o p p i d u m) gegaan. Hij nu kon in het
duister, en daar nog niets te onderscheiden was,
de vijanden niet zien, maar, verschrikt door het
duidelijk vernomen leven van hen, die naderden, is
hij haastelijk gevlucht. De sterkte (c a s t e 11 u m)
werd omsingeld, de straten en de ertoe behoorende
particuliere^gebouwen (omnes vici et privata aedi-
ficia ad se pertinantia) werden overal verwoest,
een groote hoeveelheid vee en andere zaken be
machtigd. Daarop werd, wat zij tot den strijd had
den voorbereid, in gereedheid gebracht, m.a.w.
werd tot den aanval overgegaan. Met groote he
vigheid werd van beide zijden gestreden, maar het
scheen wel, dat die van de nederzetting zouden
worden overwonnen, omdat de aanvallers in groo-
ten getale naderden en de vermoeiden onder hen
konden aflossen, de belegerden daarentegen door
het gering aantal der verdedigers weinig konden
uitrichten. Deze verdeelden zelfs vrouwen met hel
men op het hoofd over den ringmuur en gaven door
haar den indruk van veel strijders, zoodat zij bij
de aanvallers, die als het ware een macht van ge-
wapenden zagen, twijfel deden rijzen over het ver
overen van de nederzetting. Gekweld door zulke
beslommeringen hebben zij het beleg met moeite
een paar dagen kunnen volhouden
Maar het eenige, wat den belegerden helpen kon,
was, dat de plaats van nature een weinig opliep
10