van Oranje in 1583 gesticht en naar hem genoemd,
door Prins Maurits tot een krachtige sterkte voltooid,
zij is, nu de grachten op verzoek en naar aanwijzing
van de Stichting zijn schoongemaakt, door den Staat
aan „Menno van Coehoorn" in 1935 in erfpacht ge
geven, waarbij evenals te Rothenburg zoowel de
toerist, de beminnaar van Kunsten Natuurschoon als de
historicus gebaat zullen zijn. Wandelpaden met zitban
ken zijn aangelegd en voor het publiek opengesteld.
Het Rijksbureau voor de Monumentenzorg, aan wiens
Directeur een bijzonder woord van dank zij gebracht
voor zijn groote medewerking en belangstelling in het
werk der Stichting, liet foto's van de mooiste punten
van Willemstad vervaardigen welke, evenals die door
datzelfde Bureau gemaakt van de vesting Naarden
(Nieuw-Nederlandsch) reeds op verschillende tentoon
stellingen mochten prijken naast maquettes van die
beide vestingen uit het Ned. Legermuseum, waarmede
eveneens druk wordt samengewerkt.
Behalve te Willemstad zijn positieve resultaten o.m.
bereikt
te Naarden, waar de doorbraak door de courtine Turf-
poort-Nieuw Molen weliswaar niet verhinderd kon
worden, maar de nieuwe uitweg der vesting op een,
uit fortificatorisch oogpunt toelaatbare wijze langs
ravelijn en bedekten weg tot stand werd gebracht;
voorts zijn op den Westbeer 2 destijds afgebroken
hindernistorentjes (zg. monniken) weder opgemetseld
en in één daarvan opnieuw de marmeren gedenksteen
uit 1676 herinnerende aan den herbouw der vesting
na de inname van 1673 geplaatst;
te Gorinchem, waar de demping van het Paardewater
(een mooi stuk vestinggracht bij de Arkelpoort) werd
verhinderd
te Doesburg, waar het slechten van de liniën van Coe
hoorn nog juist bijtijds kon worden voorkomen
in de provincie Drente, waar 3 kleinere vestingwerken
87