ISIEUWEH- 3|vAMiS|ï|jEL
C. VISSER. ONTWERP VAN EEN KANAAL MET SLUIS NABIJ AMSTERDAM
om thans het weinige, dat wij bezitten, met zorg te
hoeden.
Niet inkrimping, behoud en uitbreiding van de
gelegenheid om met de natuur in aanraking te komen,
ligt derhalve op onzen weg. Het was daarom, dat ik
niet alleen het maken van de sluis bestreed, maar
tevens het aanleggen van bosch en park langs de
oevers der Nieuwe Meer bepleitte.
Het maken van de sluis in de Nieuwe Meer doet
de beteekenis, welke dit water reeds thans heeft voor
Amsterdam's bevolking, voor een belangrijk deel ver
dwijnen. De mogelijkheid, om in de toekomst die
beteekenis aanmerkelijk te vergrooten door het water
te maken tot de kern van een bosch- ee parkaanleg,
wordt, zoo niet afgesneden, dan toch bedenkelijk
besnoeid.
Het is daarom, dat, naar mijn meening, de sluis
op de gekozen plaats niet mag tot stand komen, tenzij
overtuigend is aangetoond, dat een andere oplossing
niet te verkrijgen is.
Ik zou nog een opmerking willen maken. Er be
staat, wat er ten slotte ook met de sluis geschiedt,
een „Nieuwe Meer-vraagstuk". Hier ligt, in de onmiddel
lijke nabijheid van Amsterdam, een prachtig stuk natuur,
reeds thans van veel waarde, en In de toekomst tot
veel grooter waarde te brengen, mits tijdig maatregelen
worden genomen.
Ligt het nu niet op den weg van onze stadsbe
stuurders hieraan hun aandacht te wijden? Rotterdam
heeft zijn Plasplan; den Haag krijgt, naast het vele
dat het reeds bezit, zijn Zuiderpark; mag Amsterdam
dan verzuimen, zijn Nieuwe-Meer-bosch te krijgen?
De heer Cornelis Visser heeft in het „Handelsblad"
een ontwerp openbaar gemaakt, waarbij de scheepvaart
haar sluis krijgt en de Nieuwe Meer ongeschonden
blijft. Door de vriendelijkheid der redactie van dit biad
kunnen wij het ontwerp hier wedergeven.
De oplossing, die de heer Visser geeft, doet ons
aan het ei van Columbus denken. De ontwerper heeft
zich herinnerd, dat de rechte lijn de kortste weg
tifSschen twee punten is. Van deze eigenschap hebben
ingenieurs vaak gebruik gemaakt, om schoonheid te
schenden, maar nu wendt de heer Visser haar ten
bate der schoonheid aan.
Met groote eerlijkheid zegt de heer Visser, dat de
kosten van zijn plan „allicht hooger" zullen zijn,
B B 9 B S B 1
B B B B B