DE BOUWWERELD
I
EERSTE „HEEMSCHUT'-NUMMER 1918
XVIIE JAARGANG No. 14
3 APRIL 1918
RED.: J. H. W. LELIMAN B.-l.
AMSTERDAM.
UITGEVERF. VAN ROSSEN
|oen, nu zeven jaar geleden, de Bond
Heemschut werd opgericht lag het reeds
in de bedoeling, door het verspreiden van
drukwerken invloed naar buiten uit te
oefenen. Vdn tijd tot tijd zagen dan ook brochures
het licht, welke met dit oogmerk aan de leden werden
gezonden.
Vooral het verslag van de Tweede Heemschut
conferentie, die in het laatst van 1913 plaats vond,
nam een waardige plaats onder deze geschriften in
en het Bestuur had gehoopt, volgens het aangenomen
plan, ook in 1915 en 1917 dergelijke conferenties
te kunnen organiseeren, waaromtrent dan weder ver
slagen zouden zijn uitgegeven. (De eerste Heemschut-
Conferentie ging niet van den Bond uit).
De tijdsomstandigheden hebben evenwel het houden
dezer conferenties onmogelijk gemaakt, zoodat geen
verslagen verschenen. De aanzienlijke kosten, thans
aan het drukken verbonden, noopten, ook andere uit
gaven achterwege te laten.
Ondertusschen bleef de behoefte aan een middel, om een
grooteren kring te kunnen bereiken, bestaan. Dat middel
werd gevonden, toen de redactie en de uitgever van
„De Bouwwereld" zich bereid verklaarden, viermaal in
het jaar een speciaal Heemschut-nummer saam te stellen
dat aan alle leden van Heemschut wordt gezonden.
DE NOODZAAK VAN EEN „HEEMSCHUT'-WET
Aan de noordwestzijde van de Groote Kerk te Zwolle
stond een eenvoudig huis uit het laatst der 18e eeuw,
dat met het monumentale gebouw een goed geheel
vormde. Eenige jaren geleden werd het verkocht.
De nieuwe eigenaar liet het benedendeel der gevels
wegbreken en vervangen door een pui, die, zoo door
haar opzichtige bouwstoffen als door de grillige lijnen der
konstruktie, welke met het bovendeel van den gevel
geen verband houdt, de schoonheid van het vroegere
geheel ten eenenmale verstoort en het stadsgezicht
volkomen heeft bedorven. De Bond Heemschut heeft te
vergeefs getracht, dit ergerlijk vandalisme te voorkomen.