De inhoudelijke beoordeling
Conclusie
't Jagershuis, Amstelzijde 4 te Amstelveen.
Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, 1967, Gerard Dukker
vindt de intrinsieke waarde van 't Jagershuis
zelf zeer beperkt. Het gebouw heeft volgens
haar niet de monumentale waarde die in
het register is omschreven.
De belangenorganisaties zijn het hiermee
oneens. Zij wijzen op de historische beteke
nis voor Ouderkerk aan de Amstel. In het
verleden was 't Jagershuis een pleisterplaats
voor reizigers per trekschuit over de Amstel.
Ze stellen onder andere dat de minister, de
Rijksdienst voor de Monumentenzorg, de
renovatie in de jaren zestig niet alleen heeft
goedgekeurd, maar zelfs met een groot
bedrag gesubsidieerd!
Dit besluit van de minister is gebaseerd op
de Monumentenwet 1988. Die wet is inmid
dels vervangen door de Erfgoedwet, maar
het verzoek om het pand te schrappen is
gedaan voordat de Erfgoedwet op 1 juli
2016 in werking trad. De Rechtbank over
weegt:
De minister moet het oorspronkelijke
besluit tot aanwijzing als een beschermd
monument en de daarbij horende redenge
vende omschrijving echter wel als uitgangs
punt nemen. Als een besluit tot aanwijzing
niet is herroepen of vernietigd, dient van dat
besluit te worden uitgegaan. Dit is het begin
sel van formele rechtskracht. Volgens vaste
rechtspraak mag de minister daarom niet
overgaan tot een volledige herbeoordeling
van een aanwijzing als beschermd monu
ment. De herbeoordeling dient beperkt te
blijven tot nieuwe feiten en omstandighe
den die de redengevende omschrijving bij
het aanwijzingsbesluit in een ander licht
plaatsen.
Informatie gericht op het aantonen van de
onjuistheid van de gronden waarop de aan
wijzing destijds is gebaseerd en die reeds
bekend was ten tijde van het aanwijzingsbe
sluit, kan niet zo maar als een nieuw feit of
nieuwe omstandigheid worden aangemerkt.
De rechtbank oordeelt in het beroep van
Historisch Amstelveen dat het besluit over 't
Jagershuis niet aan het hierboven beschre
ven criterium voldoet. Niet ter discussie
staat dus dat de renovatie van 't Jagers
huis in de jaren zestig feitelijk neerkwam
op sloop en historiserende nieuwbouw.
De minister heeft het gebouw echter als
beschermd monument aangewezen nadat
deze bouwactiviteiten waren voltooid. De
gemachtigde van de minister heeft op de
zitting verklaard dat 't Jagershuis sindsdien
geen relevante veranderingen heeft onder
gaan. De rechtbank oordeelt daarom dat
zich geen nieuwe feiten of omstandigheden
hebben voorgedaan die de redengevende
omschrijving bij het aanwijzingsbesluit in
een ander licht plaatsen.
In deze zaak wordt aangetoond dat alleen
nieuwe feitelijke (fysieke) omstandigheden
met betrekking tot een object reden kun
nen zijn om een pand te schrappen uit
het Monumentenregister. Voortschrijdend
inzicht over (al dan niet) monumentale
waarden is onvoldoende. Bijzondere en
klemmende omstandigheden kunnen zijn
verval, brandschade of anderszins.
december 2018 HEEMSCHUT 39