Vrijwilligers, handen en gezicht van
Heemschut Norman Vervat - Vrijwilligers vormen het gezicht van Heemschut en doen
ook het belangrijkste werk binnen onze organisatie. Het zijn vrijwilligers die
zich in hun vrije uren inzetten voor bedreigde panden, die overheden wijzen
op hun plicht om te zorgen voor ons erfgoed, die lid zijn van regionale
overlegorganen en die contacten onderhouden met lokale politici en ver
enigingen. Ook zijn veel vrijwilligers actief om hun kennis over ons erfgoed
door lezingen en excursies onder een breder publiek te verspreiden. Zonder
de vrijwilligers zou Heemschut eigenlijk niet kunnen bestaan.
Met het jubileumjaar 2011 in
aantocht is het goed om extra aandacht
te schenken aan onze vrijwilligers. Onderstaand
verslag kwam tot stand na een enquête die
gehouden is onder onze provinciale commissies.
Actief
Heemschut heeft ongeveer 150 actieve vrij
willigers. Deze zijn nauw verbonden aan de
twaalf provinciale commissies en één stede
lijke (Amsterdam). Een gemiddelde commissie
bestaat uit 8 tot 12 mensen. Dat is, gezien de
omvang van de gebieden die ze bestrijken, of
het vele erfgoed op een kleine oppervlakte
(zoals in Amsterdam), niet veel. Toch geven veel
commissies aan dat ze in hun huidige omvang
het werk meestal goed kunnen behappen. Wel
komt men in sommige gevallen mensen of tijd
tekort voor het ontwikkelen van meer proac
tieve acties.
Enkele commissies geven aan echt mensen
tekort te komen om alle meldingen goed te
kunnen behandelen, of geven aan dat bepaalde
gebieden onbemand zijn. Dat laatste betekent
dat Heemschut weinig zicht heeft op ontwik
kelingen rond het (bedreigde) erfgoed in de
betreffende regio's.
Om voldoende bemand te blijven houden de
meeste commissies permanent een oogje open
voor het vinden van nieuwe leden. Veelal blijkt
dat men met de hulp van contacten bij lokale
verenigingen en andere netwerken, die vaak
door eerdere acties zijn ontstaan, het mak
kelijkst betrokken nieuwe commissieleden kan
aanstellen. Ook melden zich nog met enige
regelmaat spontaan nieuwe leden voor de
commissies aan. Wel gaat de werving in de ene
provincie duidelijk makkelijker dan in de andere
en leeft bij de meeste commissies het gevoel
dat het moeilijk blijft om geschikte kandidaten
te vinden die (veel) tijd voor dit werk kunnen
vrijmaken.
40Plus
De meeste actieve vrijwilligers bij Heemschut
zijn boven de 40 jaar. In slechts enkele com
missies zijn jongeren actief. De vraag is of dit
een probleem voor Heemschut is. De meeste
commissies ervaren dit niet zo. Het is natuurlijk
jammer dat er weinig jongeren voor Heem
schut actief zijn, maar de commissies zien het
ook als een simpele realiteit dat veel jongeren
het te druk hebben voor dit werk en zich vaak
niet snel willen binden aan een vereniging.
De ervaring leert gelukkig dat jongeren met
belangstelling voor dit werk zich jaren later
alsnog aansluiten. Een chronisch gebrek aan
nieuwe commissieleden zal daarom hopelijk
niet snel ontstaan. De jongeren van vroeger
zijn immers ook pas vaak op gevorderde leeftijd
voor Heemschut actief geworden. De voort
schrijdende vergrijzing van de samenleving
kan zeer positief voor Heemschut uitpakken,
als gepensioneerden op zoek gaan naar een
zinvolle nieuwe vrijetijdsbesteding. Heemschut
kan dan in beeld komen, al is nog wel de vraag,
hoe de vereniging deze kans kan grijpen. Want
hoe vinden betrokken en deskundige gepensio
neerden de weg naar onze commissies?
Het verschil
Echt tevreden met de resultaten ben je eigenlijk
nooit als Heemschutter. Deze constatering, van
één van onze vrijwilligers, is helaas maar al te
waar. Toch is een deel van de commissies niet
ontevreden over de geboekte resultaten. In een
aantal gevallen lijkt het met de bescherming
van erfgoed ook steeds beter te gaan. Sommige
commissies zijn zelfs uitgesproken positief. Hier
leeft het gevoel dat de inzet van Heemschut
toch vaak het verschil kan maken.
Enkele commissies echter zijn duidelijk onte
vreden over de resultaten van de afgelopen
jaren. Hier leeft het gevoel, vooral door een
gebrek aan informatie, steeds weer achter de
feiten aan te rennen. Deze gebrekkige infor
matievoorziening is het belangrijkste probleem
waar de commissies tegenaan lopen. Regel
matig blijkt dat wanneer men iets verneemt
over een (sloop)plan, de feitelijke planvorming
32 Heemschut februari 2010