stria Berichten
Noord Brabant
Rijen. De leder- en behang
papier-fabriek, later Rath ft
Doodeheefver.
Foto Marcel Overbeek 2007
Oisterwijk. De stoomma
chine van de Koninklijke
Verenigde Leerfabrieken.
Foto Marcel Overbeek
Rijen: De behangfabriek van de firma Rath
Et Doodeheefver aan de Julianastraat in het
Brabantse Rijen wordt dit najaar gesloopt. Op
het fabrieksterrein zal een nieuwe woonwijk
van zo'n 140 woningen worden gebouwd, in
opdracht van projectontwikkelaar Brabanthuis
BV uit Veldhoven. Bij de stedenbouwkun
dige opzet voor het plan wordt ook rekening
gehouden met het behoud van enkele onder
delen van de oude fabriek, waaronder het
ketelhuis en de schoorsteen. De fabriek werd
in 1910 gebouwd als lederfabriek 'Noord-Bra
bant' in opdracht van C. Uytendaal en C. van
Bijsterveldt. Het complex, indertijd een van
de grootste lederfabrieken in de provincie,
bestond uit een vierlaags productiegebouw, een
ketelhuis met schoorsteen, een expeditiemaga
zijn en een portierswoning. Later werden nog
diverse uitbreidingen gerealiseerd.
Op 3 september 1944 werd de fabriek gebom
bardeerd en brandde vervolgens geheel uit.
In 1947 volgde de herbouw naar ontwerp van
architect ir. A.H. Rood uit Wassenaar. Hij ont
wierp een L-vormig produetiegebouw, in de stijl
van de oude fabriek. Ook het ketelhuis en de
schoorsteen werden herbouwd. Daarnaast ver
rezen een schaftlokaal, een laboratorium en een
kleine elektriciteitscentrale. In 1959 werd de
lederfabricage beëindigd vanwege het inzakken
van de markt, en in 1960 kocht I. Cohen uit
Rotterdam de fabriek. Cohen bracht er een
behangfabriek in onder. In 1972 veranderde de
naam van het bedrijf in Goudsmit-Hoff. Het
bedrijf werd in 1980 gekocht door concur
rent Rath Et Doodeheefver. In 1983 breidde de
fabriek nog uit. Enkele jaren later, in 1998, ging
Rath Et Doodeheefver failliet en de productie in
de fabriek werd definitief beëindigd.
Na enkele jaren van leegstand is nu een nieuw
plan ontwikkeld. Onderzoek wees uit dat het
productiegebouw ongeschikt is om te ver
bouwen tot appartementen, reden waarom is
gekozen voor nieuwbouw. Dit appartementen
complex, wordt echter gebouwd met materiaal
en in een vorm die doet denken aan de ver
schijningsvorm van het oude fabrieksgebouw.
Tegelijk met de naastgelegen schoorsteen en
het ketelhuis blijft zo een fabriekaehtige sfeer
behouden.
Oisterwijk: Na jaren van verwaarlozing lijkt
er nu redding gekomen voor het vervallen
ketelhuis van de Koninklijke Verenigde Leder-
fabrieken (KVL) in het Brabantse Oisterwijk.
Onlangs is het startsein gegeven voor een
opknapbeurt van het uit 1920 daterende
ketelhuis, waarin nog de oorspronkelijke
stoommachine staat. Het bouwkundig herstel
bestaat uit het vernieuwen van het metselwerk,
de kozijnen en het dak. De opknapbeurt werd
mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage
van 892.000 die de inwoners van Oisterwijk
bijeen kregen in het kader van de provinciale
actie 'Mijn Mooi Brabant'.
Bij deze actie konden inwoners een stem
uitbrengen op een verrommelde plek in de pro
vincie die een opknapbeurt nodig heeft. Ruim
1.600 inwoners van Oisterwijk stemden op het
ketelhuis van de KVL. Het ligt in de bedoeling
het ketelhuis na herstel een nieuwe functie te
geven, mogelijk als informatiecentrum voor
nieuwe bewoners die op het fabrieksterrein
zullen gaan wonen. Er zijn plannen om de
leerfabriek een nieuwe bestemming te geven
als woningen en bedrijfsate!iers. De gemeente
Oisterwijk is inmiddels eigenaar.
Tot de pronkstukken van het ketelhuis behoort
de monumentale stoommachine, die in 1924