Noord Holland Zuid Holiand Delfshaven. Voormalige stoomwasserij aan de Spangensekade. Foto Marcel Overbeek l/l/eesp; Aan de oevers van de Vecht, ongeveer een kilometer ten oosten van Weesp stond tot voor kort een vervallen landhuis: Veldzicht. De in neoelassieistisehe stijl opgetrokken villa werd in het begin van de 19de eeuw gebouwd in opdracht van de burgemeester van de gemeente Weesperkarspel. Deze gemeente is in 1966 opgegaan in Weesp. In het midden van de 19de eeuw werd op het terrein van het landgoed een ijzergieterij geves tigd door de firma Beeht Et Dyserinek. Achter de bestaande villa verrees een eenlaags fabrieks gebouw met sheddaken, en elders op het terrein werden een conciërgewoning en een vrijstaand kantoorgebouw gebouwd. Later werd de ijzer gieterij gebruikt voor de productie van ijzeren kachelhaarden. In de jaren vijftig werd de gie terij uitgebreid met een nieuwe bedrijfshal. In de jaren tachtig werd de productie beëindigd. De fabrieksgebouwen en de villa raakten in verval. In juni 2009 is begonnen met het herstel van de buitenplaats in opdracht van de Monumentenvennootsehap Veldzicht BV. Na jaren van voorbereiding is een plan ontwikkeld waarbij de monumentale gebouwen een nieuwe bestemming zullen krijgen als luxe woonappar tementen. Het oude herenhuis wordt geres taureerd. Het kantoorgebouw 'Het Bureel' zal als woning worden herbouwd in de oude stijl. Het oude fabrieksgebouw met de sheddaken zal worden hersteld en eveneens verbouwd tot appartementen. Daarnaast zullen twee nieuwe woongebouwen worden gerealiseerd, 'de Rent- meester"en 'het Koetshuis'. Ook het park zal in de oude staat worden teruggebracht. Delfshaven: De stoomwasserij aan de Spangen sekade in Delfshaven bij Rotterdam zal worden opgeknapt. De vervallen fabriek is al sinds 1987 buiten gebruik en werd de laatste jaren bewoond door krakers. Tot voor een jaar was het fabrieks complex nog in gebruik bij het cultureel cen trum 'De Fabriek'. Door de verregaande staat van verval van het complex moest het pand echter worden ontruimd op last van de brandweer. De voormalige stoomwasserij werd in de jaren dertig gesticht, en bestaat uit een drielaags betonnen bedrijfsgebouw, met een hoge, vrijstaande schoorsteen. Het opvallende witte fabrieksgebouw refereert aan de stijl van de Nieuwe Zakelijkheid. De gemeente Rotterdam heeft onlangs een bedrag van 1,4 miljoen gereserveerd voor de hoognodige restauratie. Voor de resterende kosten zal geprobeerd worden marktpartijen in te schakelen. Mogelijk krijgt de fabriek na herstel een culturele functie. Den Haag: Afgelopen zomer is op initiatief van de stichting Haags Industrieel Erfgoed (SHIE) een deel van een serie historische muurreelames op een muur aan de Abel Tasmanstraat 147 gerestaureerd. Deze muur is een toonaangevend voorbeeld in Nederland van de wijze waarop geschilderde muurreelames werden aangebracht tussen 1900 en 1940, de periode waarin dit fenomeen haar hoogtepunt beleefde. Een eigenaar, in dit geval L.K.C. de Haas, uit gever en drukker, verhuurde zijn blinde zijmuur aan bedrijven. Zij lieten door schildersbedrijven de reclame aanbrengen en betaalden vervol gens daarvoor per vierkante meter per jaar een bepaald bedrag aan de eigenaar. Werd er niet meer betaald, dan ging er weer een nieuwe reclame overheen. Zo ontstond een laag van muurreelames, die door weer, wind en zon werden aangetast en later door elkaar gingen schemeren. Dit is het resultaat dat aan de Tasmanstraat te bewonderen is; een palet aan kleuren en teksten. De werkzaamheden aan de muurreclames bestaan uit het reinigen van de verf en het vervolgens aanbrengen van een conserverende en UV-beschermende laag. Vervolgens worden beschadigingen in de tekst geretoucheerd en waar nodig slechte delen weer opgehaald en voorzien van een vernislaag. In eerste instantie wordt een muurreclame van het verdwenen fietsmerk 'Brennabor' hersteld. De restauratie wordt financieel mogelijk gemaakt door de gemeente Den Haag, het Fonds 1818, Shell Nederland, Reclamepaleis en de Vereniging Vrienden van Den Haag. december 2009 Industria 45 ifimmiü

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2009 | | pagina 47