Amsterdam, Nieuwezijds Kolk 28
(Korenmetershuis)
Dwars- en langsdoorsnede van het
Korenmetershuis. Tekening BMA/Gabri van
Tussenbroek, naar opmeting van H.G. Jansen
uit 1898, met aanvullingen.
Het Korenmetershuis vanaf de
Nieuwezijds Voorburgwal.
Vooral tussen 1615 en 1620 verrezen meerdere
van dit soort middelgrote stadsgebouwen, zoals
hallen en wachthuizen. Die gebouwen hadden
niet het aanzien van een stadhuis, beursge
bouw, stadspoort of waag, maar droegen wel
bij tot het stedelijke prestige. Met beperkte
middelen werd daarom gezocht naar een
representatieve vormgeving. Het stadsfabrieks-
ambt hanteerde daarvoor een soort standaard,
waarbij de variatie in de details lag.
De noodzakelijke openingen in de gevels, zoals
deuren en ramen, werden in een constructief
raamwerk gezet: de overspanningen boven de
openingen bestonden uit natuurstenen lateien
of boogconstructies in natuur- en/of baksteen.
Door hiermee te variëren kregen alle stede
lijke gebouwen een ander aanzien en karakter.
Een driedimensionele ontwerpopvatting was
hierbij het uitgangspunt. De structuur van de
gebouwen bepaalde het ontwerp van de gevels,
dat, omdat het gebouw vrijstond, in alle gevels
werd doorgezet.
oktober 2009 Heemschut 25
Nieuwezijds Kolk