Utrecht Otterloo. Het Nederlands Tegelmuseum in Otterloo heeft vier grote tegeltableaus ver worven die oorspronkelijk afkomstig zijn uit het spoorwegstation van Delft. Dit station werd in 1885 gebouwd naar ontwerp van architect C.B. Posthumus Meyjes, in een rijke Hollandse neo-renaissaneestijl. In de hal van het station werden vier grote tegeltableaus aangebracht met allegorische voorstellingen: 'overvloed', 'telegrafie', 'stoomkracht' en 'de Delftse steden- maagd.' De in blauw uitgevoerde tegeltableaus zijn ontworpen door Alfred Ie Comte, een in die tijd zeer bekend ontwerper van de pla- teelfabriek 'De Poreeleyne Fles' in Delft. Zijn ontwerpen sloten aan bij de traditie van het beroemde Delfts Blauw. Leon Senf, hoofd van de schilderswerkplaats van De Poreeleyne Fles, heeft de tegeltableaus geschilderd. Binnen de geschiedenis van de Nederlandse tegelindustrie zijn de tegeltableaus uit het station van Delft opmerkelijk te noemen. De op industriële wijze geperste tegels zijn door De Poreeleyne Fles beschilderd in de 'onderglazuurteehniek'. Bij de modernisering van het Delftse station in 1959 werden de tegeltableaus verwijderd, men had geen waardering meer voor deze 19-eeuwse toepassing van neostijlen. Een van de werknemers die de verbouwing uitvoerde in het station had wel waardering voor het cultuurhistorisch aspect en nam de tegels mee naar zijn huis, waar de tegels in de muur werden ingemetseld. Later schonk de eigenaar de tegeltableaus aan het Tegelmuseum in Otterloo. Doordat de tegels bij de demontage zwaar beschadigd waren, bleven ze enkele jaren in depot liggen. Inmiddels heeft het tegelmuseum een subsidie ontvangen voor de restauratie van de tableaus. Na voltooiing van de restauratie zullen ze in februari worden tentoongesteld in het tegel museum. Veenendaal. Binnenkort start de restauratie van de bedrijfspanden van de voormalige Holla nd ia-textielfabriek aan het Verlaat. De fabrieksgebouwen staan al 25 jaar leeg en verk eren in slechte staat. Met de restauratie blijft het laatste industriecomplex dat nog herinnert aan de Veenendaalse wolindustrie behouden. Ooit telde Veenendaal vele wolspinnerijen, en vormde daarmee naast de traditionele tex tielcentra als Tilburg en Twente een belangrijk industriegebied. Een markant onderdeel van de Hollandia-fab- riek is de gemetselde schoorsteen, die dateert uit 1899. Het jaartal is in gele baksteen op fraaie wijze ingemetseld in de schoorsteenpijp. Aangezien de 24 meter hoge schoorsteenpijp in zeer slechte staat verkeert, zal de schoors teen eerst worden gesloopt om daarna weer te worden opgebouwd. Bij deze methode wordt de schoorsteenpijp in zes stukken gezaagd, waarna de delen met een kraan op de grond worden geplaatst. Hier zal het herstel aan het voegwerk plaatsvinden, een klus die wordt uitgevoerd door schoorsteenbouwer Harm Meijer uit ten Boer (Gr.). De zaagmethode werd in 2006 voor het eerst toegepast bij een fabrieksschoorsteen van een verffabriek in Sneek. Het herstel van de Hollandia-schoorsteen wordt geraamd op ca. 180.000. De gemeente subsidieert de restauratie met 67.000. De kosten van afbraak en het herplaatsen van de schoorsteen worden gefinancierd door de projectontwikkelaar BAM. Veenendaal: v.m. textielfabriek Hol la nd ia in verva Foto Marcel Overbeek iÊÊËm

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2007 | | pagina 29