Snuffelen Wm.m Alles watje altijd al wilde weten over monumenten en bouwstijlen Meindert Stokroos met fotografie van Jan Derwig Uitg. Toth, 2006. Het boekje heeft een formaat van 22,5 x 17 cm. Foto 5 Bergen op Zoom Huis 'London' 1924. Foto 6 Oud-Zuilen Kasteel Zuylen, poortgebouw 1965. Illusie Bij een project als dit is volledigheid een illusie: het geheel zou teveel uitdijen en te lang gaan duren (denk aan Amsterdam met zijn ruim zevenduizend 'monumentwaardige' woonhuizen!). Het verkrijgen van de juiste informatie is ook lang niet altijd zo eenvoudig als men geneigd is te denken. Veel ligt al vast in literatuur (bij voorbeeld op bouwhistorisch gebied) en archieven, maar vaak blijft 'oculair' onderzoek ter plaatse onontbeerlijk, al dan niet gecombineerd met het raadplegen van mensen die het object in kwestie goed kennen. (Ik herinner me zelf 'in de fout te zijn gegaan' bij het schrijven over schijnvoegen op de bin nenwanden van de romanogotische kerk van Zeerijp die geen schijnvoegen bleken te zijn!). Bij het zoeken naar informatie is de mate van relevantie ook belangrijk. Ik noem twee voor beelden. In het deel over Noord-Brabant wordt op pagina 120 een voormalig hotel te Breda vermeld dat genoemd is naar een generaal Van Ham. Het sneuvelen van deze generaal wordt in verband gebracht met de Atjehoorlog, terwijl hij sneuvelde op Lombok. Op pagina 266 van het deel over Noord-Holland wordt melding gemaakt van de loodsen (eigenlijk: conservatie- kappen) voor kanonneerboten op de voormalige Rijkswerf in Den Helder. Het deel meldt dat deze dateren van omstreeks 1880, terwijl ze in feite ongeveer vijftig jaar ouder zijn. In het eerstgenoemde geval is de plaats van sneuvelen van Van Ham voor de in het vaderlandse erf goed geïnteresseerde lezer eigenlijk nauwelijks relevant, in het andere wordt de lezer door een foutieve datering op het verkeerde been gezet. Toch was het eigenlijk nodig geweest om beide gegevens zoals men dat noemt na te trekken. Let wel: het gaat hier om een boekwerk van 4600 pagina's waarin duizenden objecten beschreven zijn. Ik schaam me dan ook eigenlijk enigszins, dat mijn naam staat onder een bespreking uit 1999 in Groninger Kerken met daarboven de titel 'Monumenten in Nederland: geen standaardwerk'. Geen vondst van mijn mede-auteur en mij, maar van de redactie, ter wijl wij met lof schreven over de positieve kwa liteiten van 'Monumenten in Nederland' (deel Groningen), al hebben wij ook wel gewezen op onvolkomenheden zoals een gewetensvol recensent betaamt. Voor iedereen die geïnteresseerd is in de Neder landse monumenten is er reden tot vreugde over de voltooiing van een indrukwekkend pro ject dat in de toekomst stellig een hogere graad van perfectie zal kunnen bereiken. Ph. Bosscher is redacteur van Heemschut Alles wat je altijd al wilde weten over monumenten en bouwstijlen is onlangs uitgegeven door uitgeverij Thoth en de stichting Open Monumentendag, maar staat los van de jaarlijkse Open Monumentendag. Met dit uiterst handzaam en fraai uitgevoerd boekje gaat er vanuit een gemakkelijke stoel nog meer van de monumentenwereld voor de lezer open, waarmee meer 'monumentendagen' ontstaan. Meindert Stokroos is er in geslaagd de ogenschijnlijke tegenstelling van de vele facetten rond bouwstijlen in en om monumenten en een beperkte omvang van het boekje, te over bruggen. In de vier hoofdstukken, bouwstijlen in Nederland, bouwmate rialen, de gevels en het dak, en tot slot het interieur, wordt in elk hoofdstuk na een korte inleiding in grote stappen de kenmerkende bijzonderheden van de verschillende tijden en materialen doorlopen. Die grote stappen beslaan steeds twee bladzijden met foto's. 'Bouwstijlen' voert van Romaans tot Traditionalisme. 'Bouwmaterialen' legt uit van hout tot terracotta. 'Gevels en het dak' gaat van fundering via pleisterwerk en gevelstenen tot kapconstructies. 'Interieur' beschrijft de 17e eeuw, kelders, plafonds, tegels, trappen tot en met een nummerta bleau waarmee dankzij de opkomst van elektriciteit personeel kon worden opgeroepen. Natuurlijk zijn de twee bladzijden per onderwerp een beperking. Van de veer tien behandelde bouwstijlen bestaan afzonderlijke boeken en van de vele genoemde architecten en ontwerpers individuele monografieën. Dit kan ook gezegd worden over bouwsculpturen en meer van de vele andere onder werpen. Maar in de beperktheid ligt de kracht en de aantrekkelijkheid van dit boek. Daarbij loodst een uitge breid register de lezer direct naar de naam van de gezochte architect, het stijlelement of de versiering. Zie ook Ledenservice (pag. 40). Ewout van der Dussen 26 Heemschut december 2006

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2006 | | pagina 28