Vertrek Koninklijke Schelde Groep zet herstel oude stad in gang De Koninklijke Schelde Groep heeft Vlissingen verlaten en geeft een gebied van 32 hectaren, dat de afgelopen eeuwen van de oude binnenstad stukje bij beetje werd overgenomen in een keer terug aan de stad (zie Heemschut oktober 2005). Wat te doen met dit belangrijke industrieel erfgoed staat de komende tijd centraal. Heemschut werkt mee. Zeeland meldt de jongste stand van zaken. "Je kunt het maar één keer fout doen." Ir Evert de longh en drs Willem Heijbroek februari 2006 Heemschut 13 Dankzij de industrialisatie die de Koninklijke Maatschappij de Schelde met haar scheeps bouw bracht heeft de stad Vlissingen in de vorige eeuw grote veranderingen doorgemaakt. Na het instorten van de overzeese handel tijdens de Franse tijd en de verwoestingen in 1809 door Engelse bombardementen dreigde de stad weg te kwijnen. De oprichting van de Kon. Mij de Schelde in 1875 deed Vlissingen uitgroeien tot het industriële centrum van Zeeland. De scheepswerf en de marine zorgden voor werkgelegenheid tot in de jaren zeventig. De oude VOC-stad van Michiel de Ruyter veran derde in een bedrijvige, internationaal georiën teerde stad en daarnaast ook in een mondaine badplaats. De Schelde was van deze ontwikke lingen de motor. Geen wonder dat het stadsbe stuur vaak wilde toegeven aan de eisen van de steeds verder groeiende scheepswerf. Oude stadsstructuur De eerste vestiging was op de terreinen van de oude marinewerf langs het Dok achter de zeesluis van Oosterhaven en Marinevoorhaven, binnen de vesting. Uitbreiding vond steeds plaats vanuit deze haven. De scheepswerf at geleidelijk de oude binnenstad op, vooral de 16e eeuwse binnenstad ten zuiden van het Dok. Door de bouw van grote hoge loodsen werd de oude structuur van de binnenstad geweld aangedaan. Aan de noordzijde van het Dok lag dat anders, daar was vanouds meer ruimte. Niettemin moesten de 17e en 18e eeuwse koopmanshui zen, zoals het Beeldenhuis, maar ook de admi raliteit al in de eerste helft van de 20e eeuw wijken voor grote machinehallen. De scheeps werf bereikte haar grootste omvang toen na de sloop van het Van Dishoeckhuis in 1986 de plaatwerkerij over het volgestorte Kleine Dok heen de hele historische binnenstad isoleerde. Het verbindingskanaal tussen Dok en Kanaal door Walcheren was al eerder verbreed ten koste van het karakteristieke en monumentale Arsenaal. De hele achterliggende wijk, de voor malige Nieuwstad, kwijnde vervolgens weg, door het verdwijnen van alle bedrijvigheid. Nu verdwijnt de inmiddels herdoopte Koninklijke Schelde Groep (voortaan aange duid met KSG) langzaam uit de stad. Het maje stueuze silhouet van Vlissingen met de vele kranen en één of twee schepen in aanbouw boven de stad is al jaren verleden tijd. Eigenlijk herinnert alleen het vertrouwde geluid van de stoomhoorn van de Schelde nog aan de bedrij vigheid midden in de oude stad. De oude machinefabriek uit 1881 langs de Aagje Dekenstraat, een zeer bijzonder indus trieel gebouw, is reeds verdwenen. Ook het bovendeel van de hellingen is afgebroken. Inmiddels zijn vele weinig interessante hallen ten noorden van het Dok afgebroken. Welke gebouwen moeten nog wijken voor de stad die haar rechten herneemt? Algemene zienswijze Aan de zuidzijde is het verlies van de oude structuur en het waterfront aan het Dok de belangrijkste karakteristiek van de huidige situ atie. De verpauperde straten tussen Plaatwerkerij en Walstraat vertellen hiervan een duidelijk verhaal. De Plaatwerkerij heeft de rand van de historische binnenstad verminkt. Vlissingen maakt ambitieus plan voor vernieuwen oude stad

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2006 | | pagina 15