Themanummer: Van subsidies
naar financiering voor behoud
monumenten
Oude en nieuwe gezichten
En verder
20
21
23
24
25
26
Column
december 2005
Heemschut
3
Heemschut Actief
Publieksevenementen
Nieuwe uitgaven
Ledenservice
De ideale stad in gouden regels. De
Historische Vereniging Haerlem geeft een
aanzet. Welke regels vindt u belangrijk?
www.heemschut.nl 28
Zuid-Holland. Laatste provincie met
eigen cultuurfonds
Met geld meer geld maken voor
restauraties
Directeur Pieter Siebinga van
Restauratiefonds: Monumentenzorg
is financieringszorg
De papierwinkel van een restauratie:
eind goed al goed
Provinciaal cultuurfonds geeft gemeente
armslag
Gemeentelijk monument is niet altijd
veiliggesteld. Het eigen, gemeentelijke
beleid is steeds vaker een incidentele
activiteit en minder een continu proces.
Traditioneel o.k., maar vooral niet dwaas.
Museum Van Loon toont de livreien zoals
die statusverhogende bedrijfskleding bij de
familie in gebruik was3 0
Kasteel Zwijnsbergen: snelle restauratie na
felle brand 3 2
En weer maakt een oorspronkelijk woonblok
plaats voor nieuwbouw in de Amsterdamse
Indische Buurt. Borneoblok wordt
Borneohof 34
Dierenbegraafplaats misschien gered.
Het asiel verhuist, mogen de dode dieren
blijven? 35
Plaats op de MIP-wachtlijst kan sloop niet
voorkomen: grafschrift voor markant
object in Dordrecht 38
Evenementen en activiteiten in 2006:
Kijken naar bijzondere restauraties 40
Excursiedoel Lloyd Hotel: historische
influistering in modern design 42
Den Elaag zegt het (pagina 15): De nieuwere
ensembles in deze stad krijgen als stadsgezicht
een betere bescherming dan de echt oude,
historische wijken. Groningen ervaart de
nadelen van dit laatste (Heemschut 5, oktober):
historisch (zeer) waardevolle panden zonder
verdere monumentenstatus in het beschermd
stadsgezicht vallen maar al te vaak ten prooi aan
de sloper. Daarmee heeft het erfgoed twee
gezichten gekregen: een oud en een jong. Dit
laatste is nog het best af. De regels van het
beschermd stads- en dorpsgezicht zijn doelbe
wust vrij ruimhartig van opzet. Je moet niet de
dynamiek uit een (stads)wijk willen halen en
eigenaren opzadelen met een te krap keurslijf.
Verandering en hergebruik horen nu eenmaal
in een bewoonde omgeving, Wat niet van
bijzondere waarde is, maar wel oud, mag
natuurlijk best wijken voor iets nieuws. Vooral
als dat nieuwe meer kwaliteit te bieden heeft.
De ruime mantel van het beschermd stadsge
zicht is vooral bedoeld om iedereen nog eens
extra over de waarde van het afzonderlijke pand
na te laten denken voordat de knoop wordt
doorgehakt. Overhaaste sloop voorkom je
ermee. Dat is de theorie.
De praktijk wijst uit, dat gemeenten ver achter
lopen op dergelijke actuele ontwikkelingen in
vooral de oude kernen. Een deel van het oude
hart is 'beschermd', dus hoefje niet zo veel
vaart te zetten achter het plaatsen van bijzon
dere bebouwing op de eigen monumentenlijst.
Een ander gemeentelijk gereedschap, het
bestemmingsplan, is ook niet altijd toegesne
den op behoud van bestaande waardevolle,
stedelijke bebouwing. Dient zich in zo'n geval
stedelijke vernieuwing aan, dan is het te laat om
het tij te keren.
Ontwikkelaars met gevoel voor historische
waarde kopen niet-beschermde historische
panden op en ontwerpen daar vervangende
nieuwbouw voor. Nieuwbouw die meestal veel
massiever is dan wat er oorspronkelijk stond.
Er wordt maximaal gebruik gemaakt van de
ruimte die het - in algemene termen gestelde -
bestemmingsplan biedt.
Dat levert winst en meerwaarde op, want de
nieuwe gebruiker 'heeft fantastisch uitzicht op
het oude centrum'. Dat het uitzicht op de
nieuwbouw vaak veel minder hartverwarmend
is speelt in de overwegingen geen rol. En de
gemeente, die de ontwikkeling eigenlijk wel
zou willen tegenhouden of bijsturen, staat met
lege handen.
Hoeveel aangenamer en eenvoudiger is het dan
om de uitstraling van bij voorbeeld een tuin
dorp uit de vorige eeuw te beschermen. Die
oorspronkelijke bebouwing vertoont onderling
zoveel samenhang, dat bij vervangende nieuw
bouw daar altijd rekening mee gehouden moet
worden. Hier werkt de bescherming wel zoals
die bedoeld was: goed nadenken over de voor-
en nadelen van vervangende nieuwbouw in een
bestaande omgeving.
PietArp
A