Burgemeester in het Prinsehuis
Leven achter de gevel
Tessa van der Putten
In deze aflevering van Leven achter de gevel nu eens geen
bewoners van een monument. Wel aandacht voor twee mensen
die het voorrecht hebben in een historisch pand te mogen
werken: de burgemeester en loco-burgemeester van
Hellevoetsluis.
38
Heemschut
april 2004
Hellevoetsluis: een toegangsroute door einde
loze nieuwbouwwijken leidt naar een klein
gebied binnen de oude vestingwallen waar nog
de historie van deze illustere oorlogshaven te
proeven valt. De oude glorie straalt vooral in de
zeventiende-eeuwse Nederlands Hervormde
Kerk, de oude Waag annex Magazijn waar nu
het Museum Gesigt van 't Dok gevestigd is, en
in het Prinsehuis aan de Oostzanddijk, het
tegenwoordige stadhuis.
Sinds 2001 is Corstiaan Kleijwegt burgemees
ter van Hellevoetsluis. Zijn kamer aan de voor
kant op de begane grond geeft uitzicht op de
Industriehaven met aan de overkant een nieuwe
wijk die Scandinavisch aandoet. Een gedeelte
van de Hellevoeter bevolking protesteerde
heftig tegen deze nieuwbouw, omdat de
geplande bebouwing in hun ogen niet histo
risch verantwoord was. De burgemeester:
'Zij wilden graag iets Anton Pieck-achtigs,
iets wat er nooit geweest is. Vroeger stonden er
namelijk loodsen. De keuze voor iets nieuws en
eigentijds, passend bij de maritieme sfeer en
met de Scandinavische havens als referentie
kader, bevalt mij uitstekend.'
Nieuwe raadszaal
'Eigentijds' spreekt de burgemeester zeer aan,
hoewel hij portefeuillehouder monumenten is.
Zijn kamer in het Prinsehuis is sober ingericht
met moderne kunst aan de muur. Bij de
ontvangst laat hij eerst de nieuwe raadszaal
zien, in het gedeelte van het stadhuis dat in de
jaren tachtig van de vorige eeuw is gebouwd en
dat via een ondergrondse doorgang verbonden
is met het Prinsehuis. Binnenhuisarchitect
Evert van Dam levert de inrichting van de
raadszaal net op. 'Ik ben er wel wijs mee', zegt
Kleijwegt, tevreden rondkijkend. Van Dam
nam in 1997 ook de herinrichting van het
Prinsehuis voor zijn rekening. 'De vorige
burgemeester heeft een belangrijk begin
gemaakt met de moderne inrichting van het
Prinsehuis', vertelt loco-burgemeester Edwin
van der Geest, als wethouder onder meer
verantwoordelijk voor cultuur, toerisme en
recreatie. 'Daarvoor was het ingericht met
zware eikenhouten meubelen. De vernieuwing
heeft nog heel wat voeten in de aarde gehad
door hevige tegenstand binnen het gemeente
huis.' 'Het mag eigentijds gebruikt worden,
maar je moet niet aan het gebouw komen',
vindt de burgemeester.
Pieter Post
Het Prinsehuis, waarschijnlijk ontworpen door
Pieter Post (1609-1669), stamt uit het laatste
kwart van de zeventiende eeuw. Oorspronkelijk
heette het 'Huis van Gecommitteerde Raden',
'Commieshuis' en later ook wel 'Landshuis',
wat samenhing met de functie van het gebouw.
Het is gebouwd als landshuis van de
Gecommitteerde Raden van Staten van
Holland en West Friesland die er twee of drie
keer per jaar vergaderden over de aanleg, het
toezicht, het onderhoud en de exploitatie van
de haven en vesting van Hellevoetsluis. Vooral
in de zeventiende eeuw speelde deze haven een
belangrijke rol. Niet zozeer voor de handel, als
wel voor reparaties en uitrusting van de vloot
van de Admiraliteit van Rotterdam. Nog tot in
de twintigste eeuw lagen hier de schepen van
de Koninklijke Marine. Namen van grote
zeehelden zijn aan Hellevoetsluis verbonden:
Tromp gebruikte de haven sinds 1628 als vaste
ligplaats voor zijn vloot, in 1629 lag Piet Heyn