Alkmaar: cultuurhistorisch waardevolle stad op het uiteinde van een zandrug J MilliiH Carla Rogge Gaststad Algemene Vergadering van Leden Heemschut Dit jaar bestaat Alkmaar officieel 750 jaar. Reden voor Heemschut er op 15 mei de jaarvergadering te houden. Carla Rogge, als architectuur- en bouwhistoricus verbonden aan de gemeentelijke afdeling Monumentenzorg en Archeologie, gaat in vogelvlucht door de stad. Waarbij ze de rijke cultuurhistorie niet vergeet. t 8,. april 2004 Heemschut 11 De nederzetting die in 1254 stadsrecht ontving, is al in de tiende eeuw ontstaan op het noorde lijk uiteinde van dezelfde langgerekte zandrug waarop ookHeiloo en Limmen liggen. Die zandrug is duidelijk terug te vinden in het westelijk stadsdeel. Op het hoogste punt kwam de hoofdkerk: de Grote Kerk. Het oostelijk stadsdeel ligt lager en een groot deel werd pas na kunstmatige ophoging geschikt voor woningbouw. Circa 1500 was de ophoging nagenoeg voltooid en werd het gebied in hoog tempo bebouwd. Dit is de wijk waarvan de Kapelkerk het kerkelijk centrum vormt. Een grafelijk steunpunt met drie kastelen De voorspoedige groei van de nederzetting was mede te danken aan het feit dat de Hollandse graven Alkmaar uitkozen als steunpunt in hun strijd tegen de West-Friezen. Ooit lagen daar toe liefst drie grafelijke kastelen aan de noord oostzijde van de stad, in wat toen het landelijk gebied tussen Alkmaar en Oudorp was: de Torenburg, de Middelburg en de Nieuwburg. Aan het eind van de Middeleeuwen hadden ze hun functie verloren en volgde sloop. Maar de funderingsresten bleven bewaard. Die van de Middelburg en de Nieuwburg liggen in het groengebied de Oudorperhout. Met name de Stadhuis met speklagen: In de jaren 1509-20 kreeg het stadhuis een grote nieuwe vleugel langs de Langestraat, met een groot bordes en een slanke stadhuistoren met open peerspits. Het is gebouwd van lokale roodgeel gemêleerde baksteen en witte Belgische natuursteen, toegepast in de vorm van speklagen. plattegrond van de Nieuwburg is goed zicht baar gemaakt via paden die het beloop van de funderingen volgen. Alleen de Torenburg verdween geheel uit het zicht: de funderings restanten liggen echter nog in de bodem van het Noord-Hollands Kanaal. Door deze eens zo belangrijke burcht als hoofdmotief te gebruiken voor het stadswapen en de stadsvlag houdt Alkmaar hem blijvend in herinnering. Stad tussen de meren Van oudsher wordt de naam Alkmaar geasso cieerd met het feit dat het ooit omringd was door vele meren en meertjes. Aan de zuidzijde lagen de Achtermeer, de Kooimeer en de Boekelermeer, aan de noordzijde de Zwijns- meer, de Mare, de Daalmeer en de Kleimeren. In het westen lagen de Berger- en de Egmondermeer, in het oosten lag de Voormeer, die via het brede Zeglis verbonden was met de grote Schermeer. Via de Schermeer had de stad verbinding met wat toen de Zuiderzee heette en later het IJsselmeer. Behalve de Voormeer zijn al die meren en meertjes drooggemalen Daarover later meer. Stadsrecht In 1254 verleende de toenmalige graaf van Holland, Willem II, aan Alkmaar het stads recht. Daarna kon de nederzetting uitgroeien tot een echte stad, met alle voorzieningen die daarbij horen, variërend van een stadhuis, een gasthuis en een Latijnse School, tot vesting werken met een singelgracht rondom. In die stad waren al vroeg allerlei markten te vinden, zoals de kaasmarkt, de vismarkten en de graan markt. Ook waren er jaarmarkten. isgtifli JS Het belangrijkste monument van de stad: de Grote Kerk geldt als hét bouwwerk van de Alkmaarse binnenstad. Minder indrukwekkend maar wel charmant is de Schermerpoort (boven). Alle foto's Joop Elsinga, Gemeente Alkmaar.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2004 | | pagina 13