februari 2004 Heemschut 25 kinderloos, zette zijn neef Bernhard Sinkel het bedrijf voort in een vennootschap met J.L. Veerkamp en A.B. Povel. Twee firmanten stierven al snel en Povel zette het kapitaal krachtige bedrijf voort, later met drie van zijn zonen. Het filiaal in Utrecht werd in 1898 verkocht aan de bankiersfirma Vlaer en Kol, die het met respect verbouwde - uit die tijd dateert het tochtportaal -en er een bank vestigde. Vlaer en Kol ging in 1977 op in de AmRo bank. Met de liquidatie van de firma Sinkel in 1912 en de verkoop van de gebouwen kwam er een eind aan de allereerste keten grootwinkelbe drijven in Nederland. Projectontwikkelen kan lastig zijn Na de fusie tussen ABN en AmRo wilde de nieuwe bank van het gebouw af. Plannen werden gesmeed voor een cultuurpaleis in combinatie met een horecafunctie. Aan tafel zaten de eigenaar, projectontwikkelaar Eijrond van Ottone, de festivalorganisaties en later ook de gemeente. Dat was midden jaren negentig. Daarna begonnen de problemen. Het complex werd aan de hoogste bieder verkocht, door de gemeente teruggekocht en vervolgens aan Ottone verkocht. Bij die transacties waren natuurlijk verschillende bedragen gemoeid en zijn afspraken over culturele doelstelling gemaakt. Horecaondernemers betichtten de gemeente daarop van vriendjespolitiek en concurrentievervalsing. De beschuldigingen vlogen heen en weer en de gang van zaken leidde tot de oprichting van Leefbaar Utrecht door Henk Westbroek, eerst vriend, maar al gauw 'vijand' van Eijrond, zoals te lezen valt in de openbare polemiek in het Utrechts Nieuwsblad. In de tussentijd kreeg de grote zaal een horecafunctie en werden de verdiepingen af en toe door de festivals gebruikt. Wethouder Verhulst is in 2001 een onderzoek begonnen naar mogelijke contractbreuk. De uitspraak van de rechter in juni 2003 heeft aangetoond dat Eijrond zich niet houdt aan de erfpachtover eenkomst uit 1995, waarin staat dat in het complex horeca ondersteunend moet zijn aan een sociaal-culturele invulling. De wethouder heeft in oktober een voorstel gedaan voor die culturele invulling. Een bijkomstigheid is dat Eijrond inmiddels van de Winkel van Sinkel af wil. Onder de huidige omstandigheden is het complex onver koopbaar, zegt hij. (Tot zover de ontwikkelin gen bij het per perse gaan van dit nummer.) Restauratie dak en voorgevel Intussen is de Winkel van Sinkel een geliefd en drukbezocht grand café. Een cultuurpaleis lijkt te hoog gegrepen en de plannenmakerij kabbelt jaren voort. Desondanks kwam de restauratie van de voorgevel en het herstel van het dak tot stand. Net zoals Sinkel indertijd door het stads bestuur tot bebouwing van zijn braakliggende terrein werd gemaand, werd Ottone gemaand met de restauratie te beginnen, maar de finan ciële onderbouwing klopte niet. De steiger met opvallende reclame, waarachter niet gewerkt werd, wekte irritatie bij gemeente en burgers. Maar achter het verguisde reclamedoek vond ondertussen uiterst zorgvuldig bouwhistorisch onderzoek plaats door Veerle Meul uit Utrecht. Zij schreef een lijvig rapport over het natuursteen, metsel- en pleisterwerk en de kleurstellingen door de jaren heen. Vanaf begin 2003 werd er echter wel hard achter het steigerdoek gewerkt en met resul taat, zoals bij het 'vallen' van het doek afgelo pen zomer te zien was. De gevel had een meta morfose ondergaan; het saaie verveloze wit had plaatsgemaakt voor een zachtgele zandsteen- imitatie. Velen schrokken van de knalturkooi zen kleur van de kariatiden, maar dat bleek slechts een grondlaag te zijn voor de bronsimi tatie die inmiddels door de Haagse kunstenares Liesbeth Stiniessen is aangebracht. Cees Doornenbal raakt niet uitgepraat over die gevel. Zelf stond hij vele malen op de steigers op zoek naar de geschiedenis die in lagen aanwezig is. Zelfs op zondag om de beelden op de verdieping eigenhandig in een bronsimitatie te zetten: 'om Monumentenzorg te laten zien hoe het zou worden, want de dienst wilde een bruinere bronsimitatie'. Op straat licht Doornenbal het een en ander toe. De keuze van ossenkoprood voor de kozij nen, want de allereerste tint was niet te achter halen. Het niet opnieuw schilderen van de twee hoekrisalieten (vooruitspringende delen in de gevel) 'dat is zonde van het mooie zandsteen, het kan altijd nog geschilderd worden!' En het bijzondere pleisterwerk dat gedeeltelijk nog op riet en wilgentenen is bevestigd. Dan gaan we naar binnen, overal mensen en computers, het filmfestival is in volle gang; het gebouw is tijde lijk een cultuurpaleis bij uitstek. Even later glipt Willeke van Ammelrooy voorlangs. Maar wat is het achter die gevel een vervallen bende, door de gaten in de systeemplafonds zien we hier en daar nog de oorspronkelijke versierde plafonds, verder zijn er niet veel originele details te bespeuren. Daarna bekijken we het herstelde dak en de lantaarn van de grote zaal, het nieuwe lood glimt je toe. Mark Stafleu, hoofd monumenten binnen de Dienst Stadsontwikkeling, vertelt dat vooral de toestand van het dak bureau monumenten grote zorgen baarde. Dat is nu wind en water dicht. Monumentenzorg is op een enkel detail na zeer positief over het resultaat van deze restauratiefase. Loodzware Britse Hoeren'; op een van zijn vele inkoopreizen zag Sinkel in Engeland kariatiden. Voor zijn Utrechtse filiaal liet hij ook van die vrouwenfiguren overkomen. Die zogenoemde Britse hoeren' waren zo zwaar dat bij de ontscheping de eeuwenoude stads- kraan brak en beeld en kraan te water raakten. Foto Ernest Annyas. binnenplaats opgeknapt en gebruikt gaan worden. Doornenbal wil wel door, heeft ideeën genoeg. De partijen zitten tenminste weer om de tafel, maar de kaarten zijn nog niet geschud en het politieke spel nog niet uitgespeeld. In ieder geval heeft wethouder Verhulst vanuit zijn werkkamer in het stadhuis weer een prach tig uitzicht. Zal hij daar straks het dossier Winkel van Sinkel definitief kunnen sluiten? Mooi uitzicht Het is te hopen dat eigenaar Eijrond of welke nieuwe eigenaar dan ook, de gemeente en de culturele instellingen snel tot een oplossing komen, opdat de rest van het gebouw en de Drs. A.M. ten Cate is lid van Heemschut Noord- Holland.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2004 | | pagina 27