Nieuwe kans voor werf Wolthuis in Sappemeer Tineke Vooijs De werf Wolthuis is als enige over van de vele kleinschalige veenkoloniale werven. Sinds 2001 als rijksmonument. Maar echte overlevingskansen zijn er pas als er weer een bevaarbare verbinding komt met het Winschoterdiep. Heemschut 19 Thomas Rosenboom beschrijft in zijn laatste boek De nieuwe man het verval van de scheepswerf Bepol te Wirdum aan het Damsterdiep rond 1920. Van deze werf is niets meer over. Op de scheepswerf Wolthuis in Sappemeer, op de hoek van de Noorderstraat en het Borgercompagniesterdiep, kun je vandaag nog zien hoe zo'n scheepswerf er rond 1920 uitzag en de werkzaamheden zien en horen die Rosenboom beschrijft. In de schuur snijdt de slingerschaar de ijzeren platen, de ponsmachine ponst de gaten erin, de bolhamer slaat de platen bol zodat het schip de gewenste vorm krijgt. Buiten vindt het klinken plaats. Wel klinkt het lawaai er niet meer vrijwel continu, zoals toen de werf nog een goede verbinding had met het Winschoterdiep. In 1984 is het laatste stuk van het dichtslibbende Oude Winschoterdiep in Sappemeer gedempt. Behoud van het Oude Winschoterdiep was overbodig, vond de gemeenteraad van Hoogezand-Sappemeer. Ondanks het verzet van de actiegroep 'Zörg dat 't blieft', de Bond Heemschut, de Culturele Raad en het bestuur van het Veenkoloniaal Museum zette de gemeente het plan door 'in het belang van economie en infrastructuur'. Door de demping verloor de werf Wolthuis zijn verbinding met het nieuwe Winschoterdiep. Museumwerf Dit betekende niet het einde van de scheeps werf, want Roel Wolthuis bleef zich inspannen om de werf te behouden. Die bestond eerst een korte tijd voort als museumwerf, in samenwer king met het Veenkoloniaal Museum. De werf Wolthuis is namelijk bijzonder doordat hij als enige is overgebleven van de vele kleinschalige veenkoloniale werven, die vanaf de zeventiende eeuw eerst kleine, latere grotere schepen bouwden, oorspronkelijk voor het vervoer van turf naar de stad Groningen. Ook bijzonder is dat de werf Wolthuis goed bewaard is gebleven: het complex bestaat uit een werkplaats uit omstreeks 1890, een woonhuis uit 1926, een houten hellingschuur uit omstreeks 1800 en een dwarshelling. Ook het interieur met de machines en werktuigen voor de bouw en repa ratie van ijzeren schepen is van belang. Nieuwe kansen kreeg de werf in 2001 toen hij de status kreeg van rijksmonument. Dit gaf een stimulans aan de plannen tot herstel en verfraaiing van de werf: de houten schuur moet hoognodig gerstaureerd worden en de dwars helling moet worden hersteld. Die is gedeelte lijk gesloopt om ruimte te maken voor de vrachtwagens waarmee kleine schepen worden aangevoerd sinds de demping van het Oude Winschoterdiep. Een rijksmonument kan alleen behouden blijven als het rendabel gemaakt kan worden. Na 1984 wordt er nauwelijks meer op de werf gewerkt. Zo nu en dan brengt een kraanwagen een klein scheepje. Op het ogenblik ligt er de zeven meter lange motorsleepboot de Zeldzaamheid, gebouwd in 1927, die geheel gerestaureerd wordt. De spanten worden voor zien van nieuwe ijzeren platen die erop geklon ken worden. De klinknagels worden verhit in de veldsmidse; twee personen zijn er nodig om de klinknagels te slaan, de een slaat de gloei ende klinknagel in het geponste gat van de ijzeren plaat en de ander geeft vanaf de binnen kant van het schip tegendruk. Op open dagen krijgen bezoekers een demonstratie van de werkzaamheden. Roel Wolthuis krijgt echter niet voldoende opdrachten om de werf in stand te kunnen houden. Ook een probleem is dat hij geen opvolger heeft voor zijn bedrijf, dat al sinds 1922 in het bezit van zijn familie is. In 2000 is de stichting Historische Scheepswerf Hoogezand-Sappemeer opgericht, die bereid is de werf over te nemen en zich inzet om die weer levensvatbaar te maken. Eén voorwaarde daarvoor is dat de werf bereikbaar wordt voor grotere schepen. Dit kan alleen als er weer een bevaarbare verbinding komt met het Winschoterdiep. Dit plan wordt gesteund door de Landelijke Vereniging tot Behoud van het Historisch Bedrijfsvaartuig (LVBHB). Deze steun is belangrijk want de leden vormen met hun achthonderd schepen een belangrijke doel groep voor de werf, die gespecialiseerd is in de restauratie en reparatie van geklonken ijzeren schepen. Hier is de kennis, de ervaring en de apparatuur nog aanwezig. In 2005 organiseert de LVBHB een reünie in de stad Groningen. Er wordt al gedacht aan een Ommelanden programma en een bezoek van vroeger op de werf Wolthuis gebouwde schepen aan de gemeente Hoogezand-Sappemeer. Cultuurhistorie waarde en werkgelegenheid De gemeente Eloogezand-Sappemeer ziet nu wel het belang in van de Elistorische Scheeps werfvoor de omgeving. Behalve de cultuur historische waarde en de aantrekkingskracht van de werf voor de varende toerist is voor de gemeente ook de werkgelegenheid die de werf kan brengen van belang. Bovendien moet die een functie krijgen als opleidingsplaats en werkervaringsplaats voor leerlingen in het restauratievak. De kennis en ervaring van Wolthuis moeten worden doorgegeven. Ook zijn er plannen voor een bezoekerscentrum met horecafaciliteit bij de werf. De gemeente wil de werf dan ook waar nodig ondersteunen, maar kan niet de trekker zijn van het project. Op het ogenblik onderzoekt de gemeente Hoogezand-Sappemeer of het mogelijk is om een nieuwe waterverbinding tussen de werf en het Winschoterdiep aan te leggen en het gebied rond de 'nieuwe' waterweg te bestemmen voor de bouw van woningen aan het water. Hierdoor ontstaat aan beide zijden van de Noorderstraat een aantrekkelijk gebied, wat ook het bezoek aan de werf zal stimuleren. Ook de provincie Groningen is betrokken bij de ontwikkeling van de plannen en kan een rol spelen bij de ondersteuning van subsidieaanvragen. Een van de problemen bij het maken van een vaar- verbinding is dat er bij de Noorderstraat een brug moet komen over het nieuwe vaar water. Dit jaar waren er twee bijeenkomsten op het stadhuis van Hoogezand-Sappemeer voor de betrokken partijen, waaronder Heemschut. Alle betrokkenen steunen het streven naar een werkende historische scheepswerf Wolthuis, bereikbaar via een bevaarbare verbinding. Maar het zal nog wel een paar jaar duren voordat het eerste gerestaureerde schip vanaf de Historische Scheepswerf Wolthuis in het water glijdt. Drs. M.J.A. Vooijs is PR-medewerkster van Heemschut Groningen. Voor nieuws over de werf: www.historischescheepswerf.nl. oktober 2003

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2003 | | pagina 21